Ronde 742
van de Onafhankelijke Radioamateurs Brabant “ORB” 20-05-2020
* Goedenavond zend, en luisteramateurs,
U
kijkt weer naar de woensdagavond ronde.
En
wij proberen u, zoals bij elke ronde weer wat nieuws te brengen.
Elke
éérste dinsdag van de maand is er een
“besloten”
bijeenkomst van de vriendenkring.
Deze
worden gehouden in het scoutinggebouw van Rey de Carle,
Bladelstraat
2 in de wijk Reeshof te Tilburg.
Op
deze avonden is onze QSL manager aanwezig.
De
bijeenkomsten hebben een vriendschappelijk karakter, waar we
Ervaringen
kunnen uitwisselen, gewoon gezellig bij elkaar kunnen zijn.
Wat
bijkletsen, met af toe een lezing.
En….
Dat
willen we graag zo houden
Onze
rondeleider is
Johan
PD2JCW
*ROM
De Lichtmis en DNAT Bad Bentheim afgelast
18/05/2020
door redactie
De
jaarlijkse Radio Onderdelen Markt die bij wegrestaurant De Lichtmis gehouden
wordt is afgelast.
Dat
laat de organisatie weten.
De markt zou dit jaar voor de 39e keer plaatsvinden op zaterdag 26 september 2020.
Door
de Corona maatregelen is deze nu verplaatst naar 2021.
Ook de Deutsch Niederländische Amateurfunk Tage (DNAT) in Bad Bentheim gaan niet door.
Organisator
Jan Stadman laat weten: “We maken ons in de eerste plaats grote zorgen.
Het
virus is niet verdwenen.
Een
vaccin is op korte termijn net zo onwaarschijnlijk als een medicijn.
Om de radiovlooienmarkt in een gesloten ruimte, de Schürkamphalle,
te
laten plaatsvinden, achten wij niet verantwoord.
We
willen ook geen alibi geven voor veel mensen die in het kader van ons
DNAT-programma samen komen.”
https://hamnieuws.nl
Edmond PA3E
*8m
update.
Frank
PI4RAZ Webmaster
Geplaatst
op13 mei 2020
Van de week plaatsten we al wat informatie over een nieuw 40MHz baken in Ierland.
Inmiddels
is er weer wat meer informatie bekend.
Het nieuwe EI1KNH-baken werkt op de frequentie 40,013 MHz
en
is slechts het tweede operationele amateur-baken op 8 meter ter wereld.
Het werkt met 20 Watt in een omgebouwde verticale CB-antenne
op
een verhoogde locatie ongeveer 20 km ten zuiden van Dublin.
Hoewel hij enigszins wordt geblokkeerd door lokale bergen in het westen,
is
de afstraling richting het VK en Europa uitstekend
Het baken ging op 9 mei 2020 in de lucht en werd slechts twee dagen later
op
de 11e al gemeld door een station in het zuidoosten van Frankrijk in een
Sporadische-E-opening.
In dezelfde Sporadische-E-opening maakten EI-stations met succes
40
MHz tot 50 MHz crossband-verbindingen met stations in Oostenrijk en Duitsland.
We hopen dat het nieuwe baken in heel Europa meer interesse zal wekken
voor
diegenen die tests willen uitvoeren op deze nieuwe VHF-band.
Meer details over het baken zijn hier te vinden …
https://ei7gl.blogspot.com/2020/05/new-irish-40-mhz-beacon-now-operational.html
https://www.pi4raz.nl/
Edmond PA3E
*IARUMS
nieuwsbrief.
Frank
PI4RAZ Webmaster
Geplaatst
op14 mei 2020
In de laatste IARU-R1 Monitoring System nieuwsbrief is de lezen
dat bijna alle IARU-R1 coördinatoren melding maken van indringers
die
prominent aanwezig zijn in de amateur radio 20m en 40m banden.
Verder
was april 2020 nagenoeg gelijk aan de vorige maanden.
In
het bijzonder op de hogere banden (17m tot 10m) was er nauwelijks een intruder
te vinden.
De
reden daarvoor is de aanhoudende slechte condities.
Bijna
alle coördinatoren melden dat de intruders voornamelijk in de 20m en 40m band
te vinden zijn.
Koplopers zijn nog steeds de dagelijkse uitzendingen van de Russische Over-the-Horizon Radar
(OTHR) Contayner 29B6 [FMOP, bandbreedte ongeveer 12 kHz (12k0E)
en 40 sweeps / s]. CIS teleprinters (F1B) worden bijna dagelijks gemeld
op
7051, 7054, 7122 en 7193 kHz.
CIS 12 signalen (ook wel bekend als AT3004D/AT3104D, FIRE of MS5;
een multi-toon systeem dat 12 tonen gebruikt die elk gemoduleerd worden
met
120 Bd DBPSK of DQPSK) worden minder vaak gezien.
De politieke haat-uitzendingen (Russisch -Oekraïense radio oorlog)
met muziek, haat-raps en toespraken van 7050 tot 7060kHz
zijn
een grote bron van ergernis en een schande!
Op 7197 kHz is ALE (Automatic Link Establishment) MFSK8, MIL 188-141A waargenomen:
een
Turks noodnetwerk dat daar dagelijks al vele jaren misbruik maakt van onze
frequenties.
En nu worden er sinds een aantal dagen LINK 11 CLEW signalen in DSB mode gehoord
op
7159 kHz, met een bandbreedte van 6 kHz.
Lees de hele nieuwsbrief op
https://www.iaru-r1.org/wp-content/uploads/2020/05/IARUMS-Newsletter-20-04.pdf
https://www.pi4raz.nl/
Edmond PA3E
*QCX
vernieuwd
Frank
PI4RAZ Webmaster
Geplaatst
op15 mei 2020
Sinds de QCX monoband QRP CW transceiver het levenslicht zag in augustus 2017
zijn
er 9.937 QCX kits verkocht.
De huidige batch met kits is bijna uitverkocht en ondanks dat er dus grote aantallen van verkocht zijn,
is
de vraag nog steeds groot.
Ik
heb er al een jaar of 2 een: dat beschreef ik in de RAZzies van april 2018.
Het was de bedenker van de QCX, Hans G0UPL,
duidelijk dat wat voor nieuwe kits er ook bij zouden komen,
er altijd een plekje zal zijn in het hart van menig radioamateur
voor
een high performance, mono-band QRP CW transceiver kit.
Met zijn uitstekende prestaties, gemakkelijk te bouwen en te gebruiken,
CW decoder (inclusief oefenmogelijkheid) en keyer, etc etc.,
heeft
de kit bewezen ook aantrekkelijk te zijn voor nieuwkomers in de radio- of CW
wereld.
Hans wilde gelijk van de mogelijkheid gebruik maken om een paar dingen op te lossen
die
hem al die tijd al irriteerde sinds het begin van de kit.
Voor het YOTA 2017 zomerkamp in Engeland dat door de RSGB gefaciliteerd werd
(en waarvoor de kit feitelijk ontworpen was) stond hij onder zo’n hoge budgettaire- en tijdsdruk
dat
hij op bepaalde vlakken compromissen moest sluiten.
Vooral het onderbrengen van de QCX in een behuizing was een hele uitdaging
vanwege de connectoren aan twee kanten van de print
en
de potmeter/encoder en LCD op verschillende hoogtes.
Voor veel amateurs was dat toch wel een duidelijk nadeel
(hoewel
het ook heel veel creativiteit heeft losgemaakt onder mechanisch wat beter
onderlegde bouwers).
QCX+
is de vervanger voor de QCX.
Er
worden vanaf nu geen QCX kits meer gemaakt.
Hier
vind je informatie over de QCX+: http://qrp-labs.com/qcxp
.
De ontwikkeling van de QCX+ is voltooid, momenteel is hij in productie
en
de verzending begint midden juni.
Deze aankondiging wordt alvast gedaan zodat je kunt pre-orderen,
aangezien
de huidige batch QCX-en bijna op is.
Maar:
QCX+
heeft hetzelfde schema als de QCX.
QCX+
draait dezelfde firmware als de QCX.
QCX+
werkt hetzelfde als de QCX.
De veranderingen in de QCX+ zijn als volgt
(hele
lijst te vinden op http://qrp-labs.com/qcxp
voor alle details):
Optionele
fraaie extruded aluminium behuizing
Veel
grotere print.
Het
printoppervlak is meer dan verdubbeld.
Daardoor staan de componenten minder dicht op elkaar,
na
commentaar van sommige bouwers die de QCX print nogal dicht bebouwd vonden.
Het
moederbord is 13 x 10cm (vergeleken met de 8 x 10cm van de QCX).
Dikkere
printsporen (tenminste 16mil, in plaats van de 12mil in de QCX)
Traditionele frontplaat opstelling: de verticale front-print bevat de LCD
en
de bedieningsorganen, de horizontale print bevat de feitelijke transceiver.
Pin-headers
verbinden de twee met elkaar.
Aan/uit
schakelaar op het frontpaneel
Alle
connectoren zitten nu aan de achterkant
Er zijn twee 3.5mm stereo connectoren toegevoegd voor PTT
(bijvoorbeeld voor de 50W PA uitbreiding)
en
CAT control (de QCX kent tegenwoordig CAT besturing).
2.1mm
connector voor de voeding
De
7805 wordt nu op het achterpaneel geschroefd voor koeling
De drie BS170 eindtransistoren en de MPS751 keying envelope transistor
worden
nu plat op de print geschroefd voor extra koeling
–
wat de kans op oververhitting vermindert
Heel veel pin headers en test pads voor debuggen, uitbreidingen, experimenten,
aanpassingen
etc., inclusief het aanpassen van de functie van de 3.5mm connectoren aan de
achterzijde
Genoeg
ruimte voor modificaties en experimenten
C24
vergroot naar 470uF (stillere Tx/Rx overgang in full-QSK mode)
Heeft nu ook de IC3 pin 13-14 10k weerstand modificatie,
zie
http://www.qrp-labs.com/qcx/qcxmods/ptt.html
Vanwege het 2.2x groter printoppervlak, extra connectoren voor onderlinge verbindingen,
schakelaars, hardware etc. is de prijs iets toegenomen van $49 naar $55,
nog
steeds belachelijk weinig voor een kit met deze functionaliteit.
De
prijs van de optionele behuizing is $25.
De combinatie van QCX+ en QCX+ behuizing is nog steeds goedkoper
dan de combinatie van QCX en de populairste behuizing (BaMaTech aluminium behuizing.
Deze wordt geleverd door externe partijen;
QRP-LABS
heeft nooit een behuizing voor de QCX uitgebracht).
De
productie is inmiddels gestart en PRE-ORDERING is nu mogelijk.
Orders
die nu geplaatst worden, worden midden juni 2020 verstuurd.
Zie
http://shop.qrp-labs.com/qcxp
Als je ook maar enige affiniteit met CW hebt,
het wil leren of gewoon een compact reis-setje wil hebben, dan is dit je kit.
Ik
heb ‘m nu ruim 2 jaar en heb vooral mobiel en /p heel veel verbindingen met
het ding gemaakt.
Daarnaast spreekt hij ook WSPR, waarvoor je een GPS aan kunt sluiten
die dan meteen de afwijking van de interne kristallen bepaalt en opslaat,
zodat
de frequentie aanwijzing zeer nauwkeurig is.
In het forum zijn amateurs bezig met de ontwikkeling van een SSB/CW uitvoering.
Daarnaast is in de software inmiddels CAT besturing opgenomen,
en wordt geëxperimenteerd met Remote Control
waarbij ontvangen CW als text over het internet verstuurd wordt
(door de interne CW decoder),
en je je tekst zelf op de computer in kunt tikken
wat
als morse wordt uitgezonden door de QCX.
Kortom, een multifunctionele kit voor de beginnende amateur,
de
zelfbouwer, de gevorderde amateur en/of de QRP enthousiast.
Nee,
ik krijg hier geen geld voor.
Ik
ben gewoon lyrisch over dit stuk amateurvlijt…
https://www.pi4raz.nl/
Edmond PA3E
*
Leren van de vliegen.
Na
een enerverende contest niet kunnen slapen?
Leer
van de fruitvlieg.
Wat
doet een vlieg als hij niet kan vliegen? een dutje.
Onderzoek heeft uitgewezen dat vliegen
en
mensen meer met elkaar gemeen hebben dan gedacht.
Zo blijken vliegen net als mensen niet altijd even diep te slapen,
maar
houden er verschillende slaapstadia
op na.
Het
betekent dat vliegen die slapen ook wisselen tussen lichte en diepe slaap.
Om de relatie tussen drukke activiteiten en slaap te onderzoeken,
manipuleerden
onderzoekers diverse manieren het vliegvermogen van vliegen.
Zo kwamen de onderzoekers erachter dat in alle gevallen de vliegen
zich
te goed deden aan een dutje als ze niet konden vliegen, meer dan normaal.
We
denken dat slaap de hersenen versterkt zodat de vlieg beter kan overleven.
Herkent
u het? (Scientologen)
RTTY
bulletin PI4WNO. Edmond PA3E
*Een
kijkje in de productie van ons RTTY bulletin.
Ter informatie een aantal opmerkingen over het waarom
en
wat van ons het wekelijkse RTTY bulletin.
Waarom
dit bulletin.
Het
bulletin is primair bedoeld voor RTTY amateurs.
We
bieden ze daarmee een regelmatig terugkerende bron om te experimenteren met
allerlei
oude als nieuwe telex apparatuur en daarbij behorende programmatuur.
Het
bulletin moet daarom altijd op de zelfde tijd uitgezonden worden. dus PRIORITEIT
1
De
tekst.
Een
halfuur naar RYRY ’s. zitten kijken is niet aantrekkelijk voor deze tak van
onze hobby.
Daarom proberen wij elk week een aantal verhalen te plaatsen
die
de belangstelling van onze radioamateurs kunnen wekken.
Opmaak
van het bulletin.
Het
RTTY bulletin wordt in de baudot letterset uitgezonden,
Dit
wil zeggen dat de tekst alleen hoofdletters bevat en er slechts enkele
leestekens in mogen voorkomen.
Alle
non-ascii letters worden dus vooraf verwijderd.
Heel
wat woorden worden dus door de spelling checker als fout aangemerkt.
De
tijd die uw redacteur hier globaal aan besteedt.
- 3 uur voor zoeken naar onderwerpen - internet, literatuur,
enz
onderwerpen die in de belangstelling sfeer va de radioamateur liggen of zou
moeten liggen
-
4 uur voor vertalen en schrijven van artikelen in ’amateur jargon’
-
2 uur voor redigeren, opmaken enz.
-
1 uur voor laatste controle en klaarzetten voor uitzending
-
En dit elke week van het jaar.
Het
lijkt niet veel, het zijn effectieve uren, het is dus een redelijk wekelijks
taken pakket.
Vergelijkbaar
met 3 avonden contesten draaien.
Dit
is ook radio hobby met de randvoorwaarde dat je niet even een ’contest’ kunt
overslaan.
Publicaties
- De uitzending van het RTTY bulletin duurt globaal een halfuuren vindt plaats
een
halfuur voor de wekelijkse radioronde.
- De publicatie van de bulletin tekst wordt wekelijks
als
e-mail bijlage aan de geabonneerden toegezonden.
-
De tekst van de email versie verschijnt in 7-bits ASCII, dus geen vreemde
letters.
- Zonder tegenslag kan het e-mail bulletin meestal nog
voor
de uitzending bij de abonnees in de mailbox vallen.
Dat
betekent gesprek stof voor de radioronde na het RTTY bulletin.
- En dat doen we elke week, het hele jaar door. Interessante bulletin artikelen
worden
bewerkt – inclusief plaatjes en verwijzingen worden t.z.t. op onze website
geplaatst
De
pijn punten
Het
meeste werk zit in het vinden van onderwerpen en het opzoeken van literatuur
daarover.
Daarom doe ik een beroep op onze lezers om mij verwijzingen, tips, artikelen,
enz.,
per email toe te sturen.
Behalve dat dit mijn werk zeer verlicht,
kom
ik zo ook te weten waar de belangstelling van onze lezers naar uit gaat.
(PA0PHB
redacteur)
RTTY
bulletin PI4WNO. Edmond PA3E
*Floris
Nightingale en de elektrische telegraaf .
Op
12 mei 2020 herdachten wij dat dat Floris Nightingale werd geboren.
Omdat ze in de Krimoorlog vaak ’s nachts met een lantaarn de ronde deed
langs
haar patiënten, werd ze bekend als
De
vrouw met de lamp (The lady with the lamp).
Zij was de grondlegger van het vak verpleegkunde
en
maakte gebruik van de eerste grootschalige toepassing van de elektrische
telegraaf.
Floris
Nightingale werd op 12 mei 1820 geboren als dochter uit een zeer welgestelde
Engelse familie.
Deze
veelzijdige vrouw is bekend geworden als de grondlegger van de moderne
verpleegkunde,
maar
haar belangrijkste bijdragen leverde ze achter de schermen.
Ondanks
sterk verzet van haar familie, deed Nightingale ervaring op in het verzorgen van
zieken.
Zij
reorganiseerde een klein ziekenhuis in Londen.
Verpleging
als vak moest nog uitgevonden worden.
Krimoorlog (1853 - 1856) was een conflict, uitgevochten tussen het keizerrijk Rusland
en een alliantie van het Tweede Franse Keizerrijk, het Britse Rijk,
het
Ottomaanse Rijk en andere toenmalige koninkrijkjes .
De oorlog maakte deel uit van de langlopende strijd tussen de Europese klein
en
grootmachten om invloed op grondgebied van het in verval rakende Ottomaanse
Rijk.
Waarin
uiteindelijk Rusland de grote verliezer was.
Het
conflict vond grotendeels plaats op de Krim, maar er waren ook kleinere
campagnes elders.
Bij de belegering van de Krim lieten meer soldaten het leven
als
gevolg van de cholera epidemie en slechte gezondheidszorg dan
oorlogshandelingen.
William Howard Russell, een Ierse journalist en oorlog verslaggever publiceerde
over de slechte omstandigheden in het Britse leger,
de
ellende op het slagveld en de incompetente legerleiding.
Hij
maakte veelvuldig gebruik van de nieuw aangelegde telegrafie verbinding.
De Britse regering stuurde daarom Floris toen verantwoordelijk
voor de gezondheidszorg in een Londen’s ziekenhuis als 34-jarige verpleegster
aan
het hoofd van een groep van 38 verpleegsters naar Istanboel.
Ze bracht daar orde in de aanwezige medische faciliteiten
en
bereikte dat de verzorging van gewonden aanmerkelijk verbeterde.
Het conflict word beschouwd als een van de moderne’ oorlogen
omdat het technische veranderingen invoerde
die
de toekomstige koers van oorlogsvoering mede gingen bepalen.
De
telegraaf.
Na de ontdekking van het elektromagnetisme door Hans Christian Oersted in 1820
en de uitvinding van de elektromagneet door William Sturgeon in 1824,
waren
er diverse ontwikkelingen in de elektromagnetische telegrafie zowel in Europa
als in Amerika.
Tussen 1852 en 1857 werd voor dit nieuwe communicatie systeem
een
netwerk van telegraaflijnen aangelegd dat de grote steden met elkaar verbond.
Het
werd voor het eerst grootschalig aangelegd naar het oorlogsgebied, de Krim.
(Wikipedia)
RTTY
bulletin PI4WNO. Edmond PA3E
*
Hallo Luisteraars
Deze
kwam ik tegen:
doorbraak-eindhovense-onderzoekers-ontwikkelen-silicium-dat-licht-uitzendt
16
april 2020 Vivian Lammerse.
Het
betekent een veelbelovend alternatief voor onze huidige oververhitte
elektronische chips.
Elk
jaar opnieuw gebruiken én produceren we meer data.
Maar
lang kunnen we op de huidige voet niet meer doorgaan.
Dat
komt omdat onze huidige technologie is gebaseerd op elektronische chips.
En
die raken snel oververhit.
Als we elk jaar meer gegevens willen blijven overdragen,
hebben
we een nieuwe techniek nodig die geen warmte produceert.
Silicium
dat licht uitzendt geldt daarbij al tientallen jaren als een veelbelovend, maar
ongrijpbaar doel.
Tot
nu.
Weerstand
Dat
onderzoekers al zolang naar een alternatief zoeken, is niet zo gek.
De
huidige elektronische chips schieten namelijk te kort.
De
beperkende factor is zoals gezegd warmte.
Deze hitte komt vrij als gevolg van de weerstand die elektronen ervaren
als ze door de koperen leidingen reizen die de vele transistors op een chip met elkaar verbinden.
En
dus is het met het oog op de toekomst niet zo vreemd dat wetenschappers verder
kijken.
Daarbij komen ze uit bij fotonica; een techniek die gebruik maakt van fotonen
(lichtdeeltjes)
om data over te brengen.
En
dat heeft een aantal voordelen.
In
tegenstelling tot elektronen ervaren fotonen namelijk geen weerstand.
Omdat ze geen massa of lading hebben,
verstrooien
ze minder in het materiaal waar ze doorheen reizen.
En
bovendien produceren geen warmte, waardoor het energieverbruik omlaag gaat.
Silicium
Het
klinkt veelbelovend.
Maar
toch zit er een kink in de kabel.
Als
je namelijk licht in chips wilt gebruiken, heb je een lichtbron nodig: een geïntegreerde
laser.
Op
dit moment zijn computerchips echter gemaakt van silicium dat helemaal geen
licht kan uitzenden.
Wetenschappers hebben daarom hun aandacht verschoven
naar
complexere halfgeleiders zoals galliumarsenide en indiumfosfide die wel goed
licht kunnen uitzenden.
Deze
zijn echter een stuk duurder dan silicium en zijn moeilijk te integreren in
bestaande silicium-microchips.
Ideaal
zou dus silicium zijn dat wel licht kan uitzenden.
En
dat is precies waar de Eindhovense onderzoekers nu in geslaagd zijn.
Doorbraak
Het
is een enorme doorbraak.
Want
na vijftig jaar puzzelen is het nu eindelijk gelukt om silicium te ontwikkelen
dat licht uitstraalt.
“Het is echt heel bijzonder,” vertelt onderzoeksleider Erik Bakkers aan Scientias.nl.
“Hier zijn heel veel mensen inclusief universiteiten en de industrie al heel lang naar op zoek,
maar
tot op heden is het nooit gelukt.”
Hoe?
Om silicium ‘lichtgevend’ te maken, combineerden de onderzoekers silicium
en
germanium in een zeshoekig kristalstructuur.
“De
crux zit hem in de aard van de zogenaamde bandkloof van een halfgeleider,”
legt Bakkers uit.
“Als een elektron van de geleidingsband naar de valentieband ‘valt’,
zendt
een halfgeleider een foton uit: licht.”
Maar als de geleidingsband en de valentieband niet recht tegenover elkaar staan
ook
wel een indirecte bandkloof genoemd zenden ze geen fotonen uit.
Dat
is bij silicium het geval.
“Een 50 jaar oude theorie toonde echter aan dat silicium gelegeerd met germanium
en gevormd in een zeshoekige kristalstructuur, wél een directe bandkloof heeft,
en
dus mogelijk licht kan uitzenden.”
Zeshoekig
kristalstructuur
Hoewel het vormen van silicium in een zeshoekige kristalstructuur verre van eenvoudig is,
kreeg
het onderzoeksteam dit vijf jaar geleden toch voor elkaar.
Ze deden dit door eerst nanodraden te groeien
van
een ander materiaal met een hexagonale kristalstructuur.
Vervolgens lieten ze een ‘schil’ van siliciumgermanium op dit sjabloon groeien.
Hierdoor werden de siliciumatomen gedwongen
om
ook diezelfde zeshoekige kristalstructuur aan te houden.
Een
beste prestatie, al kon dit zeshoekige silicium op dat moment nog geen licht
uitstralen.
Dat
doet het nu echter wel.
De onderzoekers kregen dit voor elkaar door de kwaliteit
van het zeshoekige siliciumgermanium te verbeteren door het aantal onzuiverheden
en
kristalgebreken terug te schroeven.
Door vervolgens de nanodraad met een laser te beschijnen,
konden
ze de efficiëntie van het nieuwe materiaal meten.
En
de resultaten zijn veelbelovend.
De experimenten wijzen namelijk uit dat het materiaal zeer efficiënt licht uitstraalt.
“Het is echt verrassend hoeveel licht er uit het materiaal komt zetten;
hoe
efficiënt het is,” zegt Bakkers.
Deze
doorbraak is dan ook heel belangrijk binnen de micro-elektronica-industrie.
“Het
kan een revolutie teweegbrengen.”
Sneller
dan ooit
Dat de uitvinding een revolutie voor de computerindustrie betekent,
heeft ermee te maken dat de communicatie in de chips én tussen de chips
nu sneller wordt dan ooit.
“We
schatten een factor 1000 sneller,” zegt Bakkers.
“Daarnaast
gaat het overbrengen van informatie ook veel minder energie kosten.
Op
dit moment gebruiken datacentra 5-10% van alle beschikbare energie.
Het
is dus belangrijk om dat terug te brengen.
De snelheid is belangrijk voor grote berekeningen,
zoals voor het klimaat of het doorrekenen van medicijnen,
maar
gamers zullen dit ook fijn vinden.”
Volgens
de onderzoeker zullen grote datacentra het meest profiteren van de nieuwe
uitvinding.
“Daar
valt de meeste winst te behalen.
Daarna
wordt het ook toegepast op kleinere schaal.”
Fotonische
chips brengen nieuwe toepassingen binnen handbereik.
Denk aan een radar met laser voor zelfrijdende auto’s
en
chemische sensoren voor medische diagnose of voor het meten van de lucht- en
voedselkwaliteit.
Maar
zo ver zijn we nu nog niet.
Een
volgende stap is eerst om een laser te maken op basis van silicium.
“Ik denk dat we dat dit jaar nog kunnen realiseren,
mits
de coronacrisis niet al te lang duurt,” zegt Bakkers.
“Daarna
gaan we kijken hoe we dit kunnen integreren in standaard siliciumtechnologie.
Dat
is erg belangrijk om het op te kunnen schalen.”
Volgens de onderzoeker moeten we nog wel even geduld hebben
voordat
deze nieuwe uitvinding daadwerkelijk op de markt verschijnt.
“Dat
zal nog zo’n vijf tot tien jaar duren, omdat het nog uitontwikkeld moet
worden,” legt hij uit.
“We hebben nu aangetoond dat het mogelijk is om silicium licht te laten uitzenden.
Nu
moet alles worden geoptimaliseerd.”
https://www.scientias.nl/
Frans PA3CAZ
*
Hallo Luisteraars
Deze
kwam ik tegen: veelbelovende-aardachtige-planeet-ontdekt-in-oude-kepler-data.
16
april 2020 Vivian Lammerse.
De
planeet blijkt in meerdere opzichten sterk op de onze te lijken.
Onderzoekers
hebben wederom een bijzondere exoplaneet aangetroffen verstopt in oude
Kepler-data.
Het
gaat om een aardachtige planeet die tot Kepler-1649c is gedoopt.
Een
bijzondere vondst.
Want van alle exoplaneten die de inmiddels gepensioneerde ruimtetelescoop
heeft opgeduikeld
– dat zijn er zo’n 2600
–
blijkt Kepler-1649c qua grootte en geschatte temperatuur het meest op onze aarde
te lijken.
Kepler-1649c
De nieuw ontdekte exoplaneet heeft een rotsachtige samenstelling
en
bevindt zich op zo’n 300 lichtjaar afstand van de aarde.
Kepler-1649c cirkelt in de leefbare zone rond zijn moederster
– een rode dwerg -,
wat betekent dat er mogelijk vloeibaar water op het oppervlak van de planeet voorkomt.
De planeet bevindt zich zo dichtbij zijn moederster,
dat
een jaar op Kepler-1649c gelijk staat aan slechts 19,5 aardse dagen.
Daarnaast is Kepler-1649c slechts 1,06 keer groter dan onze eigen planeet
en
ontvangt ongeveer 75 procent van de hoeveelheid sterlicht dat de aarde van de
zon ontvangt.
Dit
betekent dat de temperatuur van de exoplaneet mogelijk ook vergelijkbaar is met
die van de aarde.
Meer
over rode dwergsterren
Rode
dwergsterren (M-sterren) zijn de meest voorkomende en langstlevende sterren in
het heelal.
Ze
zijn een stukje kleiner en koeler dan onze eigen zon.
In
de zoektocht naar leefbare planeten hadden onderzoekers lang hun pijlen gericht
op rode dwergsterren.
Dat
komt omdat ze vaak rotsachtige planeten te herbergen.
En
sommige van deze aardachtige werelden draaien ook nog eens in de leefbare zone.
Al
deze ingrediënten samen maken rode dwergen erg interessant in de zoektocht naar
buitenaards leven.
De
laatste tijd is er echter een verschuiving zichtbaar naar oranje dwergsterren (K-sterren).
Dat komt omdat planeten die rond rode dwergen cirkelen vaak gebombardeerd
met gevaarlijke röntgen- en ultraviolette (UV) straling,
die
tot honderdduizenden keren intenser kan zijn dan wat de aarde van de zon
ontvangt.
Omcirkelende exoplaneten zijn daardoor hun leven niet zeker
en
kunnen ieder moment van hun atmosfeer beroofd worden.
Het
betekent dat deze planeten mogelijk kurkdroog zijn.
Al
kunnen er natuurlijk altijd uitzonderingen zijn…
Al
met al lijkt Kepler-1649c behoorlijk wat overeenkomsten te vertonen met onze
eigen planeet.
“Deze intrigerende, verre wereld geeft ons nog meer hoop
dat er een tweede aarde tussen de sterren op ontdekking ligt te wachten,”
zegt
onderzoeker Thomas Zurbuchen.
Al
moeten we niet te vroeg juichen.
Er
is namelijk nog veel over de nieuw ontdekte exoplaneten onbekend.
Zo weten we nog niets over zijn mogelijke atmosfeer,
die
invloed heeft op de temperatuur van de planeet.
Toch is Kepler-1649c reuze interessant voor wetenschappers
die
jagen op planeten met mogelijk bewoonbare omstandigheden.
Want hoewel er wel andere exoplaneten zijn gevonden die ongeveer even groot zijn als de aarde
– zoals TRAPPIST-1f en mogelijk Teegarden c
– en we ook weten dat op sommige exoplaneten een vergelijkbare temperatuur heerst als op aarde
– denk aan TRAPPIST-1d en TOI 700d
– is er nog nooit een exoplaneet gevonden die zowel qua grootte,
als
qua temperatuur zo erg op de aarde lijkt.
En
tel daar nog eens bij op dat Kepler-1649c zich ook nog eens in de leefbare zone
bevindt.
Ontdekking
De onderzoekers kwamen de bijzondere exoplaneet op het spoor
door
handmatig door oude Kepler-data heen te spitten.
Hieruit
blijkt maar weer dat niet alles zomaar geautomatiseerd kan worden.
Eerder ontwikkelden wetenschappers namelijk een speciaal algoritme Robovetter genaamd
om
door de enorme bulk aan gegevens verzameld door ruimtetelescoop Kepler heen te
komen.
En
op zich is dat best handig.
Kepler zocht namelijk naar planeten met behulp van de transitmethode,
wat betekent dat hij jarenlang naar sterren staarde in de hoop de helderheid
van
een ster periodiek te zien afnemen.
Zo’n regelmatige afname in helderheid kan er namelijk op wijzen dat rond die ster
een planeet cirkelt die af en toe tussen Kepler
en
de ster in staat en een deel van het sterlicht tegenhoudt.
Meestal worden die dipjes echter door andere fenomenen dan planeten veroorzaakt.
Denk aan natuurlijke veranderingen in helderheid van een ster
of
andere voorbijrazende kosmische objecten.
Het is vervolgens Robovetter’s taak om die dipjes aan het licht te brengen
die
mogelijk wel door planeten worden veroorzaakt.
Vals-positief
Hier
rollen echter vaak vals-positieve resultaten uit.
Dit
betekent dat Robovetter bepaalde dipjes ten onrechte aan andere bronnen dan
planeten toeschrijft.
En
dus wisten de onderzoekers dat deze gegevens dubbel gecontroleerd moesten
worden.
Het
team beoordeelde en doorliep alle vals-positieve resultaten opnieuw.
En
tussen deze data ontdekten ze de bijzondere exoplaneet Kepler-1649c.
Ondanks dat wetenschappers eraan werken om analyseprocessen
verder te automatiseren, toont deze ontdekking toch de waarde aan van een handmatige,
dubbele
controle.
“Als we het werk van het algoritme niet hadden nagelopen, hadden we ‘m gemist,”
aldus
onderzoeker Andrew Vanderburg.
Het
systeem blijkt nog een rotsachtige planeet van ongeveer dezelfde grootte te
herbergen.
Deze
draait rond de rode dwerg op ongeveer de helft van de afstand als Kepler-1649c.
Het team zocht daarnaast naar bewijs voor mogelijk een derde planeet,
maar
helaas nog zonder resultaat.
De bevindingen wijzen erop dat er mogelijk toch veelbelovende aardachtige planeten
rond
rode dwergsterren cirkelen; een type ster die daarvoor steeds vaker wordt
afgeschreven.
“Hoe meer gegevens we verzamelen, hoe meer bewijs we vinden
dat potentieel bewoonbare exoplaneten ter grootte van de aarde
vaak
rond dit type ster voorkomen,” zegt Vanderburg.
“Rode
dwergen bevinden zich bijna overal in ons sterrenstelsel.
En met deze kleine, mogelijk leefbare en rotsachtige planeten eromheen,
is
de kans dat één van hen niet heel anders is dan onze aarde best aanwezig.”
https://www.scientias.nl/
Frans PA3CAZ
*
Hallo Luisteraars
Deze
kwam ik tegen: telescoop-ziet-in-drie-jaar-tijd-100-objecten-op-de-maan-inslaan.
17
April 2020 Caroline Kraaijvanger.
De waarnemingen geven meer inzicht in de vele ruimtestenen
die
zich dus ook in de nabijheid van de aarde wagen.
In
Griekenland staat een telescoop, met daarbij twee camera’s.
En in de afgelopen drie jaar hebben deze regelmatig in totaal zo’n 149 uur naar de maan gestaard,
in
de hoop er getuige van te zijn dat er een object op het maanoppervlak klapte.
Met
succes, zo laat de Europese ruimtevaartorganisatie nu weten.
Sinds het zogenoemde Near-Earth object Lunar Impacts and Optical TrAnsients-project
(kortweg
NELIOTA) in 2017 van start ging, zijn er namelijk al 100 inslagen gespot.
Mijlpaal
De
honderdste inslag werd op 1 maart jongstleden waargenomen.
Een
mijlpaal.
Niet
alleen omdat het de honderdste inslag is die binnen het NELIOTA-project is
waargenomen.
Maar
ook omdat het de eerste inslag is die door een ander observatorium bevestigd kon
worden.
De inslag die NELIOTA waarnam, werd namelijk ook gespot
door
het Sjarjah Lunar Impact Observatory in de Verenigde Arabische Emiraten.
“Kruisdetecties zoals deze zijn heel nuttig, omdat daarmee de mogelijkheid
dat een trage, heldere satelliet per abuis is aangezien voor een flits veroorzaakt door een inslag,
kan
worden uitgesloten,” vertelt onderzoeker Detlef Koschny.
“Hoewel NELIOTA andere, minder directe manieren heeft om zulke gebeurtenissen uit te sluiten,
zijn
we blij dat er meerdere ogen op de maan gericht zijn.”
Implicaties
voor de aarde
De waarnemingen van NELIOTA geven meer inzicht in hoe vaak de maan
door
(kleine) ruimtestenen getroffen wordt.
Maar
de bevindingen hebben ook belangrijke implicaties voor onze planeet.
Sterker nog: het hele project is opgezet om een beter beeld te krijgen
van
de dreiging die ruimtestenen voor onze aarde vormen.
De
maan als testbed
Onze planeet wordt namelijk voortdurend gebombardeerd door uit de ruimte
afkomstig
puin: fragmenten van kometen en planetoïden.
Het
merendeel daarvan verbrandt in onze dikke atmosfeer.
Maar sommige objecten het gaat dan met name om ruimtestenen die op het moment
dat ze de atmosfeer binnendringen meer dan enkele meters groot zijn kunnen de reis
door
de atmosfeer overleven en een gevaar vormen voor het leven op aarde.
Dit zijn de potentieel gevaarlijke ruimtestenen, waarvan we eigenlijk
helemaal
niet weten hoeveel er in de nabijheid van de aarde te vinden zijn.
Ze
zijn namelijk iets te klein om goed in beeld te kunnen krijgen met telescopen.
Om toch een beeld te kunnen krijgen van hun aantallen en de mate
waarin deze ruimtestenen daadwerkelijk een bedreiging vormen,
kijken
onderzoekers naar de maan.
Die staat vrij dicht bij de aarde en heeft een verwaarloosbare atmosfeer,
waardoor zelfs kleine ruimtestenen die op aarde het oppervlak niet of slechts ternauwernood zouden halen,
op
het oppervlak van de maan een krater achterlaten.
Lichtflitsen
NELIOTA zoekt echter niet naar kraters, maar naar heldere lichtflitsen,
die
ontstaan wanneer kleine ruimtestenen met hoge snelheid op het maanoppervlak
klappen.
Op basis van de helderheid van die flitsen kunnen onderzoekers
een
inschatting maken van de omvang en massa van het object dat op de maan is
ingeslagen.
En dat geeft ons dan weer een beter beeld van hoe vaak vergelijkbare objecten
in
de atmosfeer van de aarde terecht komen.
Een andere manier om te achterhalen hoeveel ruimtestenen zich nabij de aarde ophouden,
is
door er actief naar te zoeken.
Dat
wordt ook gedaan.
Maar die aanpak werkt met name goed voor de wat grotere objecten
die
zich nabij de aarde wagen (ook wel aardscheerders genoemd).
Zo
is naar schatting inmiddels zo’n 90% van alle aardscheerders groter dan 1
kilometer in kaart gebracht.
Momenteel
richten onderzoekers zich dan ook op het opsporen van objecten groter dan 140
meter.
Het
is belangrijk om aardscheerders te identificeren en hun banen in kaart te
brengen.
Want
zo kunnen onderzoekers voorspellen of zij in de (nabije) toekomst een gevaar
voor de aarde vormen of niet.
NASA
heeft inmiddels op basis van waarnemingen al een flinke lijst met potentieel
gevaarlijke planetoïden liggen.
Dit
zijn stuk voor stuk ruimtestenen die ergens in de komende 100 jaar een gevaar
kunnen vormen voor onze planeet.
Wat je echter vaak ziet, is dat de baan van deze ruimtestenen door de tijd heen
steeds nauwkeuriger kan worden vastgesteld, waardoor ze tegen de tijd dat ze gevaarlijk werden geacht,
allang
van de lijst zijn gehaald, omdat ze de aarde toch op flinke afstand blijken te
passeren.
Toch wordt er door wetenschappers wel nagedacht over onze opties
op
het moment dat een planetoïde daadwerkelijk op de aarde afstevent.
Veel van de bedachte oplossingen vereisen echter dat we zo’n planetoïde tijdig
– dus ruim voor deze op de aarde klapt
–
ontdekken.
Het
aanpassen van de baan of zelfs vernietigen van de ruimtesteen kost namelijk veel
tijd.
Vandaar dat het ook zo belangrijk is om zo snel mogelijk een zo compleet mogelijk beeld te krijgen
van
de ruimtestenen die zich in onze omgeving wagen.
https://www.scientias.nl/
Frans PA3CAZ
*
Hallo Luisteraars
Deze
kwam ik tegen:
de-geheimen-van-exoplaneten-zijn-niet-langer-veilig-nu-satelliet-cheops-aan-de-slag-gaat
17
April 2020 Vivian Lammerse
De
eerste exoplaneet is al aan een grondige inspectie onderworpen.
De in december gelanceerde satelliet CHEOPS (CHaracterizing ExOPlanet Satellite)
bevindt
zich momenteel zo’n drie maanden in een baan rond de aarde.
Hoewel de satelliet pas eind april zal beginnen met routinematige observaties,
heeft
hij er al wel een aantal veelbelovende waarnemingen op zitten.
En
CHEOPS blijkt nu al alle verwachtingen te overtreffen.
Dit
is echter pas het begin.
Want
er liggen nog heel veel spannende ontdekkingen in het verschiet.
Spannende
periode
Op
18 december ging de missie van start en koos CHEOPS met succes het luchtruim.
Sindsdien
bevindt de satelliet zich in een baan rond de aarde.
“Deze
innestelingsfase is altijd een spannende periode,” zegt onderzoeker Nicola
Rando.
“Maar
we zijn blij dat we aan alle vereisten hebben voldaan.
Het
instrument presteert bovendien opmerkelijk goed.”
Eind
januari opende de satelliet voor het eerst zijn ogen en tuurde naar de eerste
sterren.
Daarbij
werd er ook voor het eerst een iet wat vage foto afgeleverd.
De
foto’s van CHEOPS zullen trouwens opzettelijk onscherp zijn.
Want hoe gek het ook klinkt, hierdoor verbetert de meetprecisie
doordat
het licht dat van verre sterren afkomstig is over vele pixels wordt verspreid.
Meer
over CHEOPS missie
Op dit moment hebben astronomen voornamelijk dankzij planetenjager Kepler
al
zeker 4000 exoplaneten aan het licht gebracht.
We weten nu dat het universum een heel uitgebreid assortiment aan exoplaneten herbergt,
uiteenlopend
van gasachtige werelden groter dan Jupiter, tot kleinere, rotsachtige planeten.
Nu
is het aan CHEOPS de taak om meer over deze mysterieuze werelden te weten te
komen.
De satelliet zal dus niet zelf gaan zoeken naar exoplaneten, maar gaat in plaats
daarvan
een vervolg geven aan onderzoek naar reeds ontdekte planeten.
De bedoeling is dat CHEOPS gaat achterhalen waar exoplaneten
uit
zijn opgebouwd en of ze mogelijk leefbaar zijn.
Denk bijvoorbeeld aan belangrijke karakteristieken
zoals aanwijzingen over de samenstelling en structuur,
of het voornamelijk uit gesteente bestaat, een vaste binnenkern heeft,
voornamelijk
uitgestrekte oceanen kent, of misschien alleen gas herbergt.
Ook kan CHEOPS meer details over de atmosfeer onthullen,
waaronder of een exoplaneet misschien beschikt over een dik pak wolken
en
zelfs waar dit wolkendek mogelijk uit bestaat.
Eerste
sterren
Om te bepalen hoe goed CHEOPS presteert, hebben de onderzoekers besloten
om
eerst een serie sterren te observeren waarvan de eigenschappen bekend zijn.
Een van de doelwitten was HD 93396; een gele sub reus op 320 lichtjaar afstand.
Deze
ster is iets koeler en driemaal zo groot als onze zon.
Rondom deze ster cirkelt de planeet KELT-11b; een ‘opgepompte’ gasreus
die
ongeveer dertig procent groter is dan Jupiter.
Deze planeet draait in minder dan vijf aardse dagen om zijn moederster
wat
inhoudt dat hij veel dichterbij zijn ster bevindt dan Mercurius rond onze zon.
Na een grondige analyse blijkt dat de lichtcurve van de ster een duidelijke dip vertoont
veroorzaakt
door de planeet die gedurende een periode van acht uur voor de planeet langs
beweegt.
Uit deze gegevens hebben de astronomen vervolgens heel precies
de
diameter van KELT-11b kunnen bepalen: 181.600 kilometer.
De
onderzoekers zijn erg tevreden over de afgelopen testperiode.
“We waren heel blij toen we ons realiseerden dat alle systemen naar behoren werken
en
zelfs beter presteren dan verwacht,” zegt onderzoeker Andrea Fortier.
De satelliet blijkt heel nauwkeurig en stabiel te zijn, wat ook nodig is
om
zijn ambitieuze doelen überhaupt te kunnen bereiken.
“Hij is extreem stabiel, wat betekent dat de telescoop urenlang
een
ster kan observeren terwijl de satelliet zijn baan rond de aarde vervolgt.
Het beeld van de ster zal altijd binnen dezelfde groep pixels blijven,”
legt
onderzoeker Carlos Corral van Damme uit.
“Dit
zal erg belangrijk zijn om de wetenschappelijke doelstellingen van de missie te
behalen.”
De
metingen van CHEOPS zijn bovendien vijf keer nauwkeuriger dan die van de aarde.
En dat geeft ons een voorproefje van wat we de komende maanden
en
jaren van CHEOPS kunnen verwachten.
Nu
de testperiode er bijna op zit, zal CHEOPS eind april aan het echte werk gaan
beginnen.
En
er staan al wat interessante exoplaneten op de agenda.
Zo willen de onderzoekers de planeet 55 Cancri e nader bestuderen
die
zich relatief dichtbij de aarde op zo’n 40 lichtjaar afstand bevindt.
Deze planeet vertoeft dicht bij zijn ster en heeft slechts 18 uur nodig
om
een rondje rond die ster te voltooien.
Gedacht
wordt dat deze planeet bedekt is met een heuse ‘lava-oceaan’.
Ook
de ‘verdampende’ planeet GJ 436b zal aan een nadere inspectie worden
onderworpen.
Ten slotte zal CHEOPS naar een witte dwergster turen om te kijken
of
er rond dit type ster nog iets interessants te ontdekken valt.
Het belooft dan ook een enerverende en spannende missie te worden,
waarin
we onomstotelijk een heleboel over ons universum zullen leren.
https://www.scientias.nl/
Frans PA3CAZ
*Heeft
ook u iets te koop.
Of
weg te geven of u zoekt iets.
Misschien
hebt u informatie nodig?
Laat
het weten via het ORB e-mailadres wij nemen het dan op in de ronde.
Misschien
kan een medeamateur u helpen*
Zo
nu zijn we weer aan het einde gekomen van deze
742e ronde.
Johan
PD2JCW,
en
onze vast copy leveranciers
wensen
u nog een prettige avond verder.
Tot
de volgende ronde maar weer.
Het
ORB TEAM
Terug
naar de Ronde