Ronde 444  van de Onafhankelijke Radioamateurs Brabant “ORB” 26-06-2013.


* Goedenavond zend, en luisteramateurs,

U kijkt weer naar de woensdagavond ronde.

En wij proberen u, zoals bij elke ronde weer wat nieuws te brengen.

Elke éérste dinsdag van de maand is er een “besloten” bijeenkomst van de vriendenkring.

Deze worden gehouden in het scoutinggebouw van Rey de Carle,

Bladelstraat 2 in de wijk Reeshof te Tilburg.

Op deze avonden is onze QSL manager aanwezig.

De bijeenkomsten hebben een vriendschappelijk karakter, waar we

Ervaringen kunnen uitwisselen, gewoon gezellig bij elkaar kunnen zijn.

Wat bijkletsen, met af toe een lezing.

En….Dat willen we graag zo houden

Onze ronde leider. is vanavond weer Johan PD2JCW.

 

 

 

*NIEUWS*Vliegeren voor windenergie:

Met nieuwe vliegertechnologie kunnen we schone stroom uit de lucht plukken.

Nieuwe technologie zorgt voor een hoog rendement.

Toch zijn er nog weinig klanten voor deze 'schone' vorm van energieopwekking.

Is wind vliegeren luchtfietserij of wordt het een vederlichte bron van schone energie?

Tijd voor een verkenningsvlucht boven de fanatiek rond snorrende ,energievliegers.

'Kitepower' is een techniek om energie te winnen uit wind.

De wind drijft een generator aan die stroom opwekt; in de lucht of op de grond.

Energie kites staken enkele jaren voor het eerst de kop op aan boord van vrachtschepen.

Er zijn al installaties op het land die met minimale begeleiding energie opwekken; speels maar erg functioneel.

Ook hoogvlieger NASA bouwde een eigen energievlieger.

De acrobatenstunts van kitesurfers op zee tonen elegantie en kracht, maar voor constante 'power' moet je hogerop.

Op 500 meter hoogte staat misschien meer wind, soms wel 50 tot 100 % of meer dan net boven de grond.

We hebben een filmpje van een heliumballon met daarin een windturbine, net voor de start.

Er zijn twee soorten energievliegers. De 'flygen' is een vliegende generator die in de kite in de lucht hangt (zoals hierboven).

De opgewekte stroom gaat via een kabel naar het grondstation.

Iets veiliger en populairder is de grondgenerator die beneden stroom opwekt terwijl de vlieger vrolijk rond snort.

Maar hoe maak je van de windkracht op de kite boven (de liftkracht), stroom beneden?

Voor we wind gaanoogsten, kijken we natuurlijk eerst even op de wereldwindatlas.

Dynamo op een karretje

Duitse onderzoekers van het bedrijf NTS

en het Fraunhofer Institute for Manufacturing Engineering and Automation IPA bouwden een kite op een spoorsysteempje.

Een kabel brengt de kracht van de kite over naar karretjes op een spoorlijn.

Fraunhofer Turbines op de wagonwielen vangen de stroom op.

De vlieger beschrijft tijdens het opwekken een sinus-golf in de lucht en genereert daarbij een trekkracht van maximaal 10 kilo Newton.

Sensoren geven de windkracht en de hoek van de kabel en de vlieger aan.

De onderzoekers van NTS GmbH hebben ambitie.

Ze werken al aan een windfarm op grote hoogte.

Toekomstmuziek voor vandaag

Het idee voor een hoge windfarm of High-altitude wind power (HAWP) is een toekomstvisie van John Etzler (1833).

Sindsdien is er van alles bedacht om de wind uit de lucht te plukken; van vliegers tot aerostats en zweefvliegtuigen.

Er zijn meerdere oplossingen ontwikkeld om de stroom beneden te krijgen.

Er is al een atlas voor hoge windenergie.

Het is duidelijk; met wind hogerop komen spreekt tot de verbeelding.

Hoger is meer wind is meer stroom

De energieopbrengst van een kite op een paar honderd meter hoogte is veel hoger dan die van windturbine op het land.

Volgens het Duitse bedrijf NTS kunnen 8 kites op een terrein van 300 m2

net zoveel stroom genereren als 20 conventionele windturbines van 1 MW.

Directeur Guido Lütsch van NTS GmbH:

'Een NTS-system kan 30 turbines van 2 MW vervangen.

Daarmee kunnen we 30.000 huishoudens van stroom voorzien.'

Vliegende Kite-gen's

Wind is zelfs op een hoogte van 500 meter niet altijd voldoende beschikbaar, maar: 'the sky is the limit'.

De wind om de aarde valt te beschouwen als een vliegwiel vol energie.

Volgens onderzoekers van Makani-Power staat er boven boorplatforms in de offshore een uiterst stabiele wind.

Daar willen ze hun wendbare vaste Kite-gens inzetten.

De Kitepower-groep van de TU Delft ontwikkelde een radiografisch bestuurbare vlieger die goed is voor 20 kilo watt.

De vlieger is een geesteskind van Wubbo Ockels.

De besturing van de vlieger en de synchronisatie van de kabel gebeurt automatisch in het mobiele grondstation.

De kabel naar het grondstation wordt om de twee minuten gevierd en weer ingetrokken.

Hiermee worden een trommel en een generator aangedreven.

De werkhoogte bedraagt 3-400 m.

Het lanceren gebeurt nog handmatig, maar aan automatisering van deze fase

wordt gewerkt.

De superlichte kite snort bij harde wind.

Windsnelheden boven vijftien meter per seconde waren tijdens de demonstratie

op de Maasvlakte geen enkel probleem.

Roland Schmehl van Kitepower-groep van de TU Delft: 'De energie wordt opgeslagen in een eigen batterij aan boord.

Je zou energie ook op kunnen slaan door water omhoog te pompen of om er via elektrolyse waterstof te maken.'

Vliegertechnologie is de kinderschoenen ontgroeid.

De techniek werkt, het rendement is hoger dan bij landturbines en toch komt er nog geen schone vliegerstroom van grote hoogte.

Tijd voorhttp://tinyurl.com/ckbn64n een paar serieuze experimenten?

Bron: http://tinyurl.com/ckbn64n PA3E

 

 

*AOR komt met nieuwe ontvanger

AOR heeft een nieuwe ontvanger aan haar catalogus toegevoegd, de AR-6000.

Deze all-mode breedband-ontvanger heeft een bereik van 9 kHz tot 6 Ghz.

Naast de gebruikelijke modes beschikt de ontvanger ook over (stereo) WFM.

Voor het hoge spectrum tussen 3.15 en 6 GHz wordt gebruik gemaakt van down conversie.

De ontvanger beschikt over diverse DSP-filters en de firmware is upgradable. 

Ook is er een optioneel digital I/Q data-uitgang beschikbaar om data op te slaan en met software verder te decoderen.

Daarnaast beschikt de ontvanger over een SD-kaart waar tot 240 uur aan audio opgenomen kan worden.

Voor bediening met de computer wordt gratis software meegeleverd.

Daarnaast zijn er diverse opties verkrijgbaar waaronder een ACPO P-25 decoder, een GPS-ontvanger,

een ethernet controller en een 19″ rack-mount.

Een folder met product informatie is hier te downloaden.

Hamnieuws PA3E

 

*Nieuwe frequentie voor PI1GLP

PI1GLP, het D-star accesspoint in Geldrop (NB) krijgt een nieuwe frequentie.

Dat laat beheerder Peter Smit (PA3GUU) weten, nadat de ATOF deze week verlengd is.

D-Star hotspot Geldrop zendt voortaan uit op 144.9625 MHz en niet meer op 144.975 MHz.

PI1GLP maakt gebruik van een Satoshi hotspot verbonden met een Yaesu FT-7800 transceiver en een groundplane antenne op circa 9 meter hoogte.

Het bereik van het accesspoint bedraagt ongeveer 15 kilometer in de omtrek van Geldrop.

Hamnieuws PA3E

 

*Gezakt door fout examencommissie

Het nakijken van examens is mensenwerk, ook voor de vrijwilligers van Stichting Radio Examens.

En mensen maken wel eens fouten.

Zo kreeg een examen- kandidaat uit Rotterdam die dacht geslaagd te zijn voor zijn Novice examen

toch een brief van Agentschap Telecom gezakt te zijn.

“Na aanvankelijk gedacht te hebben dat ik geslaagd was voor novice,

kreeg ik afgelopen dinsdag bericht dat ik NIET geslaagd was.

Groot was mijn verdriet en begon aan mijzelf te twijfelen.

Had ik nu wel de correcte antwoorden op het duplicaat formulier gezet ???

Ja is het antwoord want had 3 keer gecontroleerd, of toch………..”,

zo schrijft Michel Mulder op Facebook.

Na ruggespraak met Agentschap Telecom werd een protest aangetekend.

Met succes.

Vandaag ontving de examenkandidaat een brief van Stichting Radio Examens met een excuus en correctie.

Zij zullen de uitslag bij Agentschap Telecom corrigeren,

waarna er alsnog een novice licentie aangevraagd kan worden.

Henk Vrolijk (PA0HPV) schrijft namens het bestuur van de Stichting Radio Examens

“Bedankt voor de prettige manier waarop je ons op het spoor van de fout hebt gezet en nogmaals onze excuses.

Heel veel plezier met de hobby!”.

Een fout maken is een, je fout op een zeer nette manier oplossen is heel wat anders.

En hoewel het aanvankelijk erg vervelend was voor Michel zijn alle partijen er samen gelukkig goed uitgekomen.

Welkom als nieuwe Novice amateur!

Hamnieuws PA3E

 

*QRV in all-mode op 6 en 4 meter

Veel commerciële zenders voor de 4-meter band zijn er niet, laat staan all-mode.

Alleen de Icom IC-7100 biedt ondersteuning voor de 4-meter band, maar daarvoor moet wel de 6-meter band opgegeven worden.

Noble Radio springt in dit gat door een all-mode dual-band VHF transceiver uit te brengen die op zowel 6 en 4 meter werkt,

zo meldt cqdx.ru.

De NR-6N4 werkt van 50 tot 52 Mhz en van 69,5 tot 70,5 Mhz met een maximaal vermogen van circa 20 Watt PEP.

Het eerste middenfrequent werkt op 10,7 Mhz. Het tweede IF op 25 Khz.

Daarmee wordt meteen duidelijk dat er geen ondersteuning voor FM aanwezig is.

De NR-6N4 zal enkel SSB (USB en LSB) en CW ondersteunen.

Volgens cqdx.ru wordt de zender ontwikkeld in de Verenigde Staten en moet ca. $800 kosten.

Meer informatie dan dat is echter niet online te vinden, anders dan de website southgatearc.org,

waar de specificaties ook te vinden zijn.

Hamnieuws PA3P

 

 

* PI6TEN tijdelijk uit de lucht

Wellicht is het niet bij iedereen bekend dat Nederland een repeater heeft in de 10-meterband.

PI6TEN zend sinds eind 2009 uit vanuit Hilversum.

De ontvanger voor dit relais staat op de Alticom toren waar ook PI2NOS gevestigd is.

De zender staat sinds 2010 op een flat, waar ook ATV-relais PI6HVS is gevestigd.

Beide locaties worden via een microwave-verbinding aan elkaar gekoppeld.

PI6TEN kent een rijke historie die op de website te lezen is.

De laatste tijd zijn er echter wat problemen met het relais.

Op zit moment voornamelijk aan de zenderzijde, waardoor de repeater momenteel buiten werking is,

zo meldt Stichting Hobbyscoop op haar website.

De crew van PI6HVS zoekt momenteel naar een oplossing en hoop snel weer on-air te kunnen zijn.

PI6TEN zend normaliter uit op 29,690 Mhz (ingang -100 kHz).

Hamnieuws PA3E

 

 

*Internationale primeur met energieconsument van de toekomst

17 juni 2013 om 23:45 uur - Groningen

Duurzamere autobanden dankzij UT-onderzoek

Python en SIG winnen Nationale ICT Award 2013

Staatssecretaris Dekker stelt nationale supercomputer in gebruik

Zes Nederlandse bedrijven,

drie kennisinstellingen en 40 huishoudens starten een proef in Groningen en Hoogkerk,

waarbij consumenten innovatieve, slimme energiediensten uittesten op het gebied van duurzame energiekeuze en kostenbesparing.

Het doel is om te onderzoeken welke slimme energiediensten het beste aansluiten bij de wensen van de consument

teneinde een duurzame en kosteneffectieve energievoorziening te realiseren.

Het is de eerste keer dat consumenten betrokken worden in een dergelijk onderzoek.

De proef is onderdeel van de tweede fase van PowerMatching City,

het eerste totaalconcept slim energienet (‘smart grid') ter wereld in de praktijk.

Voor een goede afstemming tussen vraag en aanbod van energie zijn deze aan elkaar gekoppelde,

intelligent (digitaal) gestuurde energienetten essentieel.

 De tweede fase is nu geopend door Minister Kamp van Economische Zaken

tijdens een feestelijke bijeenkomst met de deelnemers in de Groningse Thomsonstraat.

"Ik ben verheugd dat we vandaag met huishoudens, bedrijven

en kennisinstellingen een nieuwe belangrijke stap zetten naar het energiesysteem en de energieconsument van de toekomst",

aldus Albert van den Noort, projectleider van PowerMatching City II.

"Veranderingen worden vaak bereikt door open innovatie waarin partijen vanuit verschillende achtergronden

en disciplines met elkaar samenwerken. PowerMatching City is hiervan een goed voorbeeld."

 Slimme energiediensten

In het kader van energiebesparing krijgen de deelnemers aan Power Matching City II

via een tablet tot op vijf minuten nauwkeurig inzicht in hun eigen energieverbruik en -opwekking.

Bovendien ontvangen zij maandelijks een digitale ‘energieschaduwrekening'

die gebaseerd is op het daadwerkelijke energieverbruik.

In het huidige energiesysteem betalen consumenten een maandelijkse rekening,

die gebaseerd is op het geschatte energieverbruik en wordt aan het eind van het jaar de eindrekening opgemaakt.

Doordat de consument niet alleen een nauwkeurig inzicht krijgt in zijn energiegedrag,

maar ook in de kosten die daaraan zijn verbonden, kan hij zijn eigen energieverbruik op kosten sturen.

Onderzocht wordt wat de consument hiermee kan besparen.

Daarnaast wordt gekeken in hoeverre de consument bereid is om,

als onderdeel van een lokale gemeenschap, gezamenlijk zo veel mogelijk duurzame energie te gebruiken.

In hoeverre duurzaamheid een drijfveer is voor hun energiegedrag wordt onderzocht.

De deelnemende huishoudens maken gebruik van een slim energiesysteem,

waarin vraag en aanbod van energie automatisch op elkaar worden afgestemd - niet alleen binnen de huishoudens zelf,

maar ook tussen de deelnemende huishoudens onderling.

Energietransitie mogelijk maken

De eerste fase van PowerMatching City was dusdanig succesvol

dat het eind 2012 tijdens de VN-conferentie voor duurzame ontwikkeling in Brazilië, Rio+20, is uitgeroepen

tot een van de honderd meest duurzame projecten ter wereld.

PowerMatching City I toonde de mogelijkheid aan om met bestaande technologieën

een slim energienet te creëren, met bijbehorende marktmodellen.

De resultaten van PowerMatching City I zijn van groot belang,

omdat slimme energienetten onmisbaar zijn voor de transitie naar een duurzaam energiesysteem,

doordat deze de grootschalige integratie van duurzame energie mogelijk maken.

Deze doorbraak heeft onder meer geleid tot veel aandacht vanuit de internationale energiesector,

media en overheidsorganisaties.

In PowerMatching City II gaat het onderzoek nog een stap verder:

niet alleen het energiesysteem, maar ook de energieconsument van de toekomst en zijn behoeften staan centraal.

Bovendien worden de kosten en baten van slimme energienetten voor de verschillende betrokkenen in de praktijk gevalideerd.

Met behulp van capaciteitsbeheer en gas wordt onderzocht hoe dit slimme energienet -

waarin de huishoudens volledig geautomatiseerd elektriciteit met elkaar kunnen uitwisselen -

als geheel stabiel en betrouwbaar kan functioneren.

Over PowerMatching City II

Het aantal huishoudens in PowerMatching City II is uitgebreid van 18 naar 40.

Daarnaast zijn tien elektrische voertuigen aan de pilot toegevoegd.

Er wordt gebruik gemaakt van een breed scala aan innovatieve energietechnologieën

en apparatuur waaronder energieopslag, piekscheren, hybride warmtepompen, micro-WKKs (warmtekrachtkoppeling),

slimme oplaadstations voor elektrisch vervoer en slimme huishoudelijke apparatuur.

Het consortium van Power Matching City bestaat uit de projectpartners DNV KEMA, Enexis, Essent, Gasunie,

ICT Automatisering en TNO, en daarnaast uit de kennispartners TU Delft, TU Eindhoven en de Hanze Hogeschool Groningen.

Engineersonline PA3E

 

 

 

*Duurzamere autobanden dankzij UT-onderzoek

17 juni 2013 om 16:29 uur - Enschede

Wereldwijd wordt jaarlijks een enorme afvalstroom van achthonderd miljoen gebruikte autobanden geproduceerd.

Daarmee zou je een stapel kunnen maken die vijf keer de wereld rondgaat.

Dat is niet alleen erg slecht voor het milieu, maar daarmee gaan ook grondstoffen verloren die steeds schaarser worden.

UT-promovendus Sitisaiyidah Saiwari van de vakgroep Elastomer Technology and Engineering (faculteit CTW)

ontwikkelde in samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen een recyclingcyclus waarmee deze problemen deels worden opgelost.

De ontwikkelde cyclus past goed binnen het plaatje Cradle to Cradle,

een visie van chemicus Michael Braungart en architect William McDonough.

Zij zijn van mening dat grondstoffen beter hergebruikt kunnen worden dan wat nu vaak gebeurt:

recycling op een laag niveau of zelfs als afval weggegooid.

"Wat er voorheen met gebruikte autobanden gebeurde,

kan je beter omschrijven als Cradle to Grave, zegt supervisor Wilma Dierkes.

"Gebruikte autobanden worden nu hooguit gerecycled in meer laagwaardige producten zoals vloermatten,

voetbalvelden met rubbergranulaat of verkeersmeubilair zoals rubberen bumpers.

Oftewel: downcycling.

In sommige onderdelen van nieuwe banden kan nu hooguit vijf procent rubber gebruikt worden.

Wij proberen dat vulkanisatieproces terug te draaien,

waardoor zo'n veertig procent in nieuwe banden verwerkt kan worden.

Een grote vooruitgang."

Minder verlies van grondstoffen

In het proefschrift Post-consumer tires back into new tires, de-vulcanization and re-utilization of passenger car tires beschrijft Saiwari,

afkomstig uit Thailand, hoe in het recyclingproces alleen de zogenaamde zwavelbruggen worden opengebroken.

Het polymeer, als molecuul verantwoordelijk voor de meest kritieke eigenschappen van rubber, wordt niet aangetast.

"Natuurlijk blijven we wereldwijd dezelfde hoeveelheid gebruikte autobanden produceren,

maar dankzij dit proces gaan er veel minder grondstoffen verloren.

Nu worden de banden verbrand en wordt daarmee in feite alleen energie gewonnen.

Het milieu is bij dit nieuwe proces dus ook een grote winnaar."

Meer informatie

Het promotieonderzoek Post-consumer tires back into new tires,

de-vulcanization and re-utilization of passenger car tires van Sitisaiyidah Saiwari

valt binnen het project Development of a continuous process for high-quality reclaim,

based on whole passenger car tire material,

dat uitgevoerd wordt door de Universiteit Twente en de Rijksuniversiteit Groningen.

Het onderzoek is volledig gefinancierd door RecyBEM, de uitvoeringsorganisatie van het Besluit Beheer Autobanden.

De ontwikkelde technologie is geoctrooieerd.

Engineersonline PA3E

 

* Datateams ontkrachten mythes in het onderwijs

17 juni 2013 om 16:24 uur - Enschede

Examenresultaten worden steeds slechter omdat leerlingen niet gemotiveerd zijn om te leren’.

‘Slechte resultaten in de onderbouw worden veroorzaakt door slecht presterende basisscholen’.

‘Er blijven meer jongens dan meisjes zitten’.

Zomaar wat veronderstellingen die op iedere school leven.

Maar kloppen ze wel?

Of blijken het hardnekkige mythes te zijn?

Datateams van verschillende Carmelscholen kwamen na grondig onderzoek tot soms verrassende conclusies.

Deze presenteren zij binnenkort op een openbare ontmoetingsmiddag.

In een gezamenlijk project van de Universiteit Twente

en de Stichting Carmelcollege onderzochten tien teams van docenten en schoolleiders

- zogenoemde datateams - dit soort veronderstellingen.

Doel van het project is uiteindelijk verbetering van het onderwijs.

Anderhalf jaar lang onderzochten zij een zelfgekozen probleem dat speelde op hun school,

variërend van tegenvallende examenresultaten tot te veel zittenblijvers.

Veronderstellingen over deze problemen werden meetbaar gemaakt en met behulp van data onderzocht

(het zgn. ‘opbrengstgericht werken').

Hierbij kregen scholen ondersteuning van de Universiteit Twente.

Heel wat mythes zijn op deze wijze ontkracht.

Er doubleren niet meer jongens dan meisjes, de adviezen van basisscholen

bleken vaak wel goed aan te sluiten bij het niveau van de leerling

en de toenemende taligheid van wiskunde bleek niet de daling van rapportcijfers in de brugklas te veroorzaken.

Maatregelen

Verschillende datateams hebben inmiddels oorzaken van hun probleem boven tafel gekregen

en kunnen nu gericht maatregelen nemen om het probleem op te lossen.

Voorbeelden van maatregelen zijn: extra mentoruren voor zittenblijvers,

het verbeteren van de doorlopende leerlijn, strenger absentiebeleid en meer maatwerk in de klas.

Docenten geven aan veel van de datateammethode geleerd te hebben

en nemen daardoor vaker beslissingen op basis van data in plaats van op basis van intuïtief en gevoel.

Op donderdag 20 juni komen de datateams bij elkaar tijdens een ontmoetingsmiddag.

Ze gaan in op hetgeen ze onderzocht hebben, de resultaten ervan,

de maatregelen die ze genomen hebben of gaan nemen en wat het ze heeft opgeleverd.

Het belooft een boeiende middag te worden waar verschillende scholen samenkomen

en opgedane kennis met elkaar gaan delen.

Ook andere geïnteresseerden zijn welkom.

Voor meer informatie: http://www.datateams.nl/.

Engineersonline PA3E

 

 

Nasa investeert in pizza producerende 3D-printer (video)

Astronautenvoeding heeft geen goede naam. Integendeel,

menig gemalen prakje wat geserveerd wordt in onze ziekenhuizen wordt in de volksmond 'astronautenvoeding' genoemd.

Nasa heeft echter geïnvesteerd in een nieuw project.

Doel van het project: het ontwikkelen van een 3D printer die astronauten pizza kan serveren.

Het bedrijf Systems and Materials Research Corporation (SMRC)

heeft van Nasa een bedrag van 125.000 dollar toegezegd gekregen voor het ontwikkelen van een prototype.

Engineer Anjan Contractor heeft de schone taak zich over het ontwerp te buigen.

Hij heeft al een proefmachine klaar die chocola op een koekje kan printen.

Voedsel printen in de ruimte

Het plan van Contractor is om een machine te ontwikkelen die eerst deeg print,

waarna vervolgens tijdens het bakken saus en andere toppings worden geprint.

De bedoeling is om er een volledige 3D printer van te maken.

Er wordt dus geen kant-en-klaar voedsel op de pizza gelegd,

maar alle toppings worden gefabriceerd vanuit hun afzonderlijke ingrediënten.

30 jaar houdbaar

Dit fabricageproces is belangrijk in de ruimte, waar de houdbaarheid van voedsel heel erg lang moet zijn.

Een digitaal recept zal gebruikt worden om verschillende poeders met proteïnes,

koolhydraten en oliën te combineren en zo eten te maken met een dezelfde structuur, smaak, geur en voedingswaarde als echt eten.

Contractor: "Alle koolhydraten, proteïnes en macro- en micro-voedingsstoffen bestaan in poedervorm.

We halen het vocht eruit en in die vorm kan het wellicht 30 jaar lang houdbaar zijn."*

Engineersonline PA3E

 

* Studenten vernieuwen touwtrekken

Op dinsdag 18 juni nemen 60 teams van eerstejaarsstudenten Werktuigbouwkunde van de TU Delft

het tegen elkaar op in de finale van de jaarlijkse ontwerpwedstrijd.

De studenten bouwen dit jaar mens aangedreven voertuigen die op rails gaan touwtrekken.

Het voertuig dat zijn tegenstander het snelst 7 meter naar zich toe trekt, wint.

De studenten kregen dit jaar de opdracht een voertuig te bouwen

waarmee ze op rails de tegenstander over een streep trekken.

Het team dat zijn tegenstander het snelst zeven meter naar zich toe trekt, wint.

Extra complicatie is dat het eigen railvoertuig daarbij maar maximaal 5 meter mag worden verplaatst.

Dit betekent dus dat het voertuig extra touw moet binnenhalen.

De teams worden ingedeeld per gewichtscategorie.

Daarbij is het gecombineerde gewicht van het railvoertuig met het gewicht van de persoon die dit aandrijft, bepalend.

Niet een hoog gewicht, maar de verhouding aandrijfkracht/gewicht is dus van belang.

Prijsuitreiking nieuwe categorie: Green Award

De ontwerpwedstrijd voor eerstejaarsstudenten Werktuigbouwkunde aan de TU Delft

maakt deel uit van het reguliere onderwijsprogramma.

Naast studiepunten kunnen de studenten met hun voertuig geldprijzen verdienen.

Behalve de prijs voor de beste prestatie zijn er prijzen te winnen in drie categorieën.

Nieuw dit jaar is de categorie lichtgewicht construeren, de Green Award genoemd.

Prijzen zijn er ook voor het technisch best uitgevoerde ontwerp, de zogenaamde Constructeursprijs,

en een prijs voor het meest innovatieve ontwerp, de Science Centre award.

Robotkelners

De ontwerpwedstrijd vindt dit jaar voor de twintigste keer plaats.

Vorig jaar bouwden studenten een verticale fiets die langs een kabel 12 meter omhoog fietste.

Eerder ontwierpen studenten onder meer een robotkelner die hen van drankjes voorzag,

een ‘gekkomaat', die studenten voor een dag tot spiderman maakte,

en een mechanische dartwerper, die het talent van Raymond van Barneveld overtrof.

Leeghwater

De Ontwerpwedstrijd wordt georganiseerd door de opleiding Werktuigbouwkunde van de TU Delft,

in samenwerking met Gezelschap Leeghwater, de studievereniging van Werktuigbouwkunde.

Deze vereniging nam ooit het initiatief tot de ontwerpwedstrijd, als aanvulling op het onderwijsprogramma.

De ontwerpwedstrijd werd een vast onderdeel van het reguliere eerstejaars studieprogramma,

toen bleek dat dit concept een zeer nuttige en enthousiasmerende oefening voor de studenten bleek te zijn.

Programma

De wedstrijddag begint om 09.00 uur in het Mekelpark voor de faculteit Werktuigbouwkunde gelegen aan de Mekelweg 2.

De finale is om 16.00 uur gevolgd door de prijsuitreiking.

Meer informatie: http://www.touwtrekkenoprails.nl/

Engineersonline PA3E

 

 

* TU Delft ontwikkelt lichtste handprothese ooit (video)

De huidige protheses voor handen hebben grote nadelen.

Onderzoeker Gerwin Smit ontwikkelde een sterk verbeterd alternatief.

Hij promoveerde onlangs op dit onderwerp aan de TU Delft.

Het vervangen van een ontbrekende menselijke hand door een kunsthand,

is een van de grootste uitdagingen op het gebied van revalidatie.

Wereldwijd draagt ongeveer 30% van de prothesegebruikers een zogenoemde lichaamsbekrachtigde prothese.

Die wordt bediend door aan een kabeltje te trekken (vergelijkbaar met een remkabel van je fiets).

Dit kabeltje zit aan een band die je om je tegenoverliggende schouder doet.

Door bewegingen van de arm met de prothese en de tegenoverliggende schouder,

spant de kabel aan en wordt de prothese gesloten.

Een andere veel gebruikte prothese is de elektrische prothese.

Deze wordt wereldwijd door ongeveer 40% van de mensen gedragen.

Daarnaast zijn er nog cosmetische prothesen.

Nadelen

Hoewel er veel verschillende handprothesen beschikbaar zijn,

gebruikt 27% van de handprothesedragers de prothese niet actief en draagt ruim 20% zelfs helemaal geen prothese.

‘Daar zijn verschillende redenen voor', zegt Gerwin Smit. "

Bijvoorbeeld het lage draagcomfort (te zwaar, te warm),

te weinig functioneel voordeel en een gebrek aan sensorische feedback."

Er moeten dus dingen verbeterd worden.

Vermindering van de massa heeft daarbij voor de gebruiker de hoogste prioriteit.

Smit: "Het gaat om de drie C's: cosmetiek, comfort en controle.

De prothese moet mooi zijn om te zien, comfortabel om te dragen en moet gemakkelijk te bedienen zijn.

Mijn doel was het ontwerpen en testen van een lichtgewicht

en mechanisch efficiënte lichaamsbekrachtigde handprothese met scharnierende vingers.

Een lage massa verbetert het comfort; mechanische efficiëntie zal de benodigde bedieningskracht verlagen

en het bedieningscomfort verhogen.

Ook zal de hand hierdoor harder kunnen knijpen.

De scharnierende vingers maken het mogelijk om zowel de pincetgreep als de cilindergreep te vormen.

Hierdoor kan een breed scala aan verschillende objecten worden vastgehouden."

Hydraulisch

Smit vergeleek de bestaande handprotheses en kwam met een kansrijk alternatief:

een lichaamsbekrachtigde handprothese met scharnierende vingers,

hydraulisch aangestuurd met miniatuur cilinders die zo klein zijn dat ze in een vinger passen.

De hand wordt bediend door subtiele bewegingen van de schouder

en de bovenarm via een schouderbandage.

Dit is door de gebruiker snel aan te leren.

De ontwikkelde prothese heet de Delft Cylinder Hand.

En daar blijkt de gebruiker zeer goed mee over weg te kunnen:

schrijven en een pincet hanteren zijn bijvoorbeeld geen probleem.

Smit somt de andere voordelen op.

" De Delft Cylinder Hand is ruim 50 procent lichter dan de lichtste elektrische prothese,

minder dan 217 gram.

De knijpkracht is groter dan 30 newton.

De gebruiker hoeft veel minder energie te leveren om de hand te bedienen

dan bij de huidige lichaamsbekrachtigde handen.

En ook de kosten liggen niet hoger dan bij elektrische protheses."

" We hebben de Delft Cylinder Hand uitgebreid getest binnen de TU Delft

met proefpersonen en prothesegebruikers.

Hij is nu klaar om buiten deze muren te worden beproefd, in klinische testen.

Ik verwacht dat deze prothese over vijf jaar klaar kan zijn voor toepassing."

Filmpjes van de Delft Cylinder Hand zijn te bekijken via de website van het Delft Institute of Prosthetics and Orthotics.

Engineersonline  PA3E

 

 

*Bij een onderzoek van NASA in 2009 bleek dat de maan waterstof bevat -

iets wat astronomen niet hadden verwacht. Nu hebben Amerikaanse wetenschappers een mogelijke verklaring.

Deze verschijnt in geologisch vakblad Journal of Geophysical research.

Een paar jaar terug besloot NASA om de donkere kant van de maan te bombarderen.

Dat deed de ruimtevaartorganisatie om te onderzoeken waaruit de maan precies bestaat.

Door het stof dat door de ontploffing omhoog spoot met allerlei apparaten te bekijken,

leerden de onderzoekers veel over de maan.

Zo werd er water gevonden, waarvan de wetenschappers al vermoedden dat het op de maan bestond.

Maar daarnaast zagen ze iets verrassends: waterstof.

Hoe het kan dat dit gas op de maan aanwezig is, was tot nu toe een raadsel.

Maar astronomen van de University of New Hampshire hebben nu een verklaring gevonden: kosmische straling.

Die straling zou door het oppervlakte van de maan kunnen dringen en daar het water,

dat in het maangesteente vastzit, uit elkaar kunnen trekken.

Als je water uit elkaar haalt, ontstaan twee nieuwe stoffen: waterstof en zuurstof.

Geen stroom op de maan

Maar water valt niet zomaar uit elkaar; daar is veel energie voor nodig.

Op aarde kan je waterstof maken met behulp van elektriciteit;

door een stroompje door water heen te leiden, ontstaan de twee andere stoffen.

Maar op de maan is geen stroom, dus moest er een andere oorzaak te vinden zijn voor het waterstof.

De onderzoekers dachten meteen aan kosmische straling als een mogelijk oorzaak.

Dus gebruikten ze een satelliet in de buurt van maan om te kijken hoeveel kosmische straling op de maan viel,

en of dat genoeg was om het water kapot te maken.

Dat bleek het geval - hoewel het nog steeds onduidelijk is hoeveel procent van het gevonden waterstof

daadwerkelijk verklaard kan worden met deze theorie.

Om dat te onderzoeken zijn er experimenten nodig in een deeltjesversneller - zoals de LHC in Geneve.

De ruimte is een te onrustige plek om dat soort specifieke metingen te doen.

nl13349

 

*Het is 23 januari 1931.

Een zekere kandidaat-zendamateur, heeft morse-examen gedaan:

de 8 woorden per minuut-eis van de P.T.T.

Hij is daarin echter niet geslaagd.

Derhalve richt hij zijn betoog vooral tegen de heer Keeman van den P.T.T.

De heer Keeman, zo zegt hij, is blijkbaar iemand, wien het woord “examen” niet vreemd is.

Nu is een examen voor nerveuze menschen een verstoorder van de endogene rust,

waardoor de uitslag vaak minder goed wordt.

Bovendien is het examen een intellectueele blokkade voor hen,

die overigens genoeg en goed kunnen opnemen.

De kandidaat-zendamateur echter, durft verzekeren, dat zijn technische kennis voldoende is,

maar hij kon niet met 8 á 10 woorden snelheid “telegraafkantoortje” spelen,

zo zegt hij, hetgeen hij voor ernstig experimenteeren niet nodig acht…….

(Natuurlijk geldt dat voor de P.T.T. echter wel)

Op een mooien zomerschen dag moest deze zendamateur dus,

examen doen, maar zijn soundvaardigheid werd te licht bevonden

en hij werd, afgewezen voor den tijd van 12 maanden,

wat een harde slag was omdat hij zijn proeven,

die waarschijnlijk voor hem zeer grootte maatschappelijke waarde konden hebben,

moest staken, (hij had al clandestien heel wat ervaring opgedaan).

Toegevende dat, dat voorkomen moet worden, dat het een janboel wordt,

is de aankomende zendamateur toch geneigd tot scherpe kritiek te hebben op het “blokkeererend examen” zoals hij het noemt.

Zonder ooit aan 8 woorden toe te komen, heeft hij niettemin vroeger mooie QSO’s gemaakt, zo zegt hij……

Hij protesteert tegen de uitlating van den heer Keeman die het over “goede amateurs” had, die liever niet met een “kruk” werken…….

Dat zou geen mooie karaktertrek wezen, want men moet elkander helpen in deze wereld, toch!

De kandidaat-amateur eindigt met het uitspreken van de hoop, dat vele nederige amateurs hem zullen bijvallen.

(Blijkbaar is de heer Keeman van de P.T.T. is de kwade genius, maar was hij toen geslaagd, was hij waarschijnlijk de hemel ingeprezen……….

Later schijnt onze kandidaat toch nog geslaagd te zijn).

28 januari 1927.

Wat men vroeger al niet uitvond…………..De zeeschelp-luidspreker.

De heer J.Braakschma schrijft, Buitengewone resultaten heb ik verkregen bij proeven met een nieuw model luidsprekerhoorn.

Ik bezit namelijk een klein model Brown-luidspreker, welke mij tot voor kort, niet in alle opzichten voldeed.

Bij eenigzins sterk geluid begon hij onaangenaam te schetteren, zoodat ik niet anders dacht dan dat hij was overbelast.

Dit blijkt nu achteraf, niet het geval te zijn.

Ik besloot eens een anderen hoorn te nemen, en gebruikte hiervoor een zeeschelp,

zooals er veel als pronkstuk gebruikt worden in huiskamers.

De punt hiervan sleep ik op een natten slijpsteen af, tot er een gat ontstond,

groot genoeg om den hals van den weergever door te laten.

Vervolgens kitte ik het vast, en klaar was kees.

Het resultaat was verbluffend.

Van schetteren of resoneren geen sprake meer!

Alles komt klaar en helder uit de schelp.

Een meer ideale luidsprekerhoorn laat zich moeilijk denken!

Het was vroeger in januari 1927 geen pretje naar de radio te luisteren……….

De telefonie van Scheveningen-haven.

Het storend karakter der telefonie van Scheveningen-haven lijkt in de loop der laatste week vooral te zijn toegenomen.

Dat is een verontrustend verschijnsel.

Is de energie geleidelijk opgevoerd?

Wordt er sterker gemoduleerd?

Of wordt er sterker gekoppeld?

We weten het niet, maar het feit van sterk verergerde storing is er!

Zoo worden er pogingen om de ontvangtoestellen aan te passen

aan den miserabelen toestand van een zendcentrale in de bebouwden kom eener groten stad,

ten slotte weer stilletjes vruchteloos gemaakt.

Men laat de menschen zeefkringen aanschaffen; juist verheugen zij zich,

dat deze eenigermate helpen en dan wordt er iets veranderd,

of er veranderd van zelf iets, dat men niet in den hand heeft.

Conclusie; de nieuw gekochte radio-ontvanger is zo waardeloos.

Het heeft iets geniepigs en verraderlijks en het ergert des te meer.

Meer kilowatten voor Hilversum, zou dat helpen?

CQPA 06-2013 nl13349

 

 

* UHF repeater Averbode (B) terug.

De UHF repeater in het Belgische Averbode is weer terug.

Met een vermogen van 50 Watt in een 10-elements antenne richting het Noorden

is dit goed voor een 500 Watt ERP vermogen richting Nederland.

Tel daarbij de hoogte van circa 100 meter boven zeeniveau en je hebt een krachtige repeater.

De UHF repeater ON0ZK in Averbode zendt uit op 439,200 MHz en gebruikt CTCSS code 131,8 Hz.

Begin dit jaar is de repeater defect gegaan.

In de behuizing waren enkele gaten gemaakt om ervoor te zorgen dat de elektronica gekoeld kon worden.

Helaas bleek een duif zijn behoefte boven een dezer gaten gedaan te hebben.

Na enkele maanden hebben de uitwerpselen

de nodige schade veroorzaakt aan de elektronica waardoor de repeater defect is geraakt.

“De repeater is nu vervangen door een Ericsson RS9044 met 50 watt

op een 10 elements beam richting Eindhoven, dus een goeie 500 W ERP

vanuit de abdijtoren van Averbode exact op het knooppunt van de drie provincies.

Op dezelfde plek staat ook 145,6375 met 131,8 CTCSS

Westbound met remote RX te Brussel”, zo schrijft beheerder Pedro (ON7WP) op zendamateur.com.

Rapporten kunnen naar hem verzonden worden. Bron: hamnieuws.nl

CQPA 06-2013 nl13349

 

* Datum ballon vossenjacht bekend.

De organisatie van de ballon vossenjacht heeft de datum voor 2013 bekend gemaakt.

Dit jaar zal de ballon vos, uiteraard weer voorzien van FM transponder,

ATV zender en baken, op zondag 15 September 2013 de lucht in gaan,

zo maakt PA1OKZ bekend op de website.

Tijdens de jaarlijkse ballon vossenjacht wordt met medewerking van het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut,

het K.N.M.I., een met helium gevulde stratosfeerballon opgelaten.

Deze ballon zal een radiosonde omhoog brengen welke door radio-zendamateurs gebouwd is.

De ballon wordt opgelaten vanaf het terrein van het K.N.M.I. in De Bilt.

De vluchtleiding is ook in 2013 te gast in het kantoor van Rohde & Schwarz Nederland B.V.,

gevestigd te Nieuwegein.

Vanuit dit commando centrum zullen de landelijke 2 mtr repeater PI3UTR

en 70 cm repeater PI2NOS worden aangestuurd.

Daarnaast zal de informatievoorziening verlopen via via de kortegolf, ATV en Internet.

Dit zogenaamde commando centrum zal dienen om de jagers te voorzien van informatie

waarmee zij de ballon kunnen vinden.

Organisatorische wijziging: Het initiatief voor dit evenement berust bij medewerkers

van de landelijke ballon vossenjacht.

In het verleden was de ballon vossenjacht verbonden aan het radioprogramma Hobbyscoop,

waaruit later de Stichting Scoop Hobby fonds is ontstaan.

In 2004 is de organisatie overgegaan naar de Stichting VRZA radio kamp.

In 2013 heeft de deze stichting besloten zich nog uitsluitend te richten op haar kerntaak,

namelijk de organisatie van de radio kampweek op

De Jutberg, waardoor de ballon vossenjacht als activiteit afgestoten is.

Vanaf 2013 is de organisatie van de ballon vossenjacht ondergebracht

bij een groep radio zendamateurs die de afgelopen jaren al intensief betrokken is bij de organisatie.

Op dit moment wordt achter de schermen hard gewerkt aan het vormen van een nieuwe organisatie

om dit beroemde evenement ook voor de komende jaren zeker te stellen.

Meer informatie is te vinden op de website ballonvossenjacht.nl .

Bron: hamnieuws.nl

CQPA 06-2013 nl13349

 

* ontvangen in de goudse rtty ronde door nl13349

 DIGITALE MODES:

ER ZIJN ONDERTUSSEN TALRIJKE DIGITALE MODES IN GEBRUIK DOOR

RADIOZEND- EN LUISTERAMATEURS. GEZIEN DE HOEVEELHEID MODES IS

HET NIET ALTIJD EVEN GEMAKKELIJK OM DE JUISTE DIGI MODE ER UIT

TE VISSEN. ALS U NAAR DE VOLGENDE SITE GAAT KUNT U ER EEN

FLINK AANTAL HAM EN NIET HAM DIGI MODES BELUISTEREN:

HTTP://TINYURL.COM/C3V2JEU KIJK DAN OOK EENS OP DE SITE VAN

WB8NUT: WWW.WB8NUT.COM/DIGITAL OOK HIER KAN MEN E.E.A. VINDEN.

ALS U OP DE VOLGENDE SITE GAAT KIJKEN DAN KUNT U MEER DAN 100

DIGI MODES GAAN AANHOREN: HTTP://WWW.KB9UKD.COM/DIGITAL

WWW.W1HKJ.COM.

OOK LEUK OM E.E.A. TE HOREN ZIJN HELE KORTE 'BURSTEN' EN ZIJN

TE BELUISTEREN OP: WWW.QSL.NET/DK3XT/MSOUND.HTM

ALS U NOG MEER WILT ZIEN EN DOWNLOADEN KIJK DAN EENS OP:

HTTP://WWW.W1HKJ.COM/DOWNLOAD.HTML VEEL PLEZIER GEWENST.

BRON: QST 2-2013, BLZ. 80 

nl13349

 

 

*Deze soort batterij hebben we nog niet in de ronden gehad HI.

*Houten batterij?

23 juni 2013 om 16:12 uur - College Park, Maryland (VS)

Met een strookje hout dat is bekleed met tin zou je een kleine, duurzame, 

efficiënte en milieuvriendelijke batterij kunnen maken.

Maar probeer het nog maar niet thuis - de componenten in zo'n batterij, die is beproefd 

op de University of Maryland, zijn duizend maal dunner dan een vel papier.

Door het gebruik van natrium in plaats van lithium, zoals bij veel herlaadbare batterijen, 

is de batterij milieuvriendelijk.

Natrium slaat energie niet zo efficiënt op als lithium, dus deze batterij zal niet worden gebruikt in mobieltjes, 

maar hij is goedkoop en de gebruikte materialen zijn overal beschikbaar.

Hij is ideaal voor het in een keer opslaan van grote hoeveelheden energie, zoals zonne-energie in een energiecentrale.

Gangbare batterijen zijn vaak gemaakt op een stijve basis en zijn te broos om het zwellen en krimpen te weerstaan 

dat optreedt als elektronen in de batterij worden opgeslagen of worden gebruikt.

Liangbing Hu, Teng Li en hun team ontdekten dat houtvezels soepel genoeg zijn 

voor meer dan 400 laadcyclussen met hun natrium-batterij - en daarmee behoort hij tot de ‘langst levende' Nano batterijen.

"Onze inspiratie kwam van de bomen", verklaart Hu, assistent -professor materiaalwetenschappen.

 "De houtvezels waarvan de boom is gemaakt bevatten mineraalrijk water 

en zijn daarom ideaal voor het opslaan van vloeibare elektrolyten.

Zo vormen zij niet alleen de basis, maar ook een actief deel van de batterij."

Hongli Zhu en andere teamleden constateerden dat na honderden malen laden en ontladen van de batterij, 

het hout weliswaar was gekreukeld, maar nog wel intact gebleven.

Uit  computermodellen bleek dat de kreukels zorgen voor een effectieve ontspanning van de stress 

gedurende laden en ontladen, waardoor de batterij lang kan meegaan.

"Het persen van natriumionen door anodes van tin  verzwakt vaak de hechting van het tin aan het basismateriaal", 

zegt mechanica-wetenschapper Li, "maar de houtvezels zijn zo zacht dat ze werken als mechanisch buffer 

en dat ze zich aanpassen aan de veranderingen van het tin.

Dat is de sleutel tot onze duurzame natrium-ion batterijen".

Engineersonline PA2JDB

 

*Te koop kijkt a.u.b. voor meer informatie bij TE-KOOP 

 

*Heeft ook u iets te koop.

Of weg te geven of u zoekt iets.

Misschien hebt u informatie nodig?

Laat het weten via het ORB e-mailadres wij nemen het dan op in de ronde.

Misschien kan een medeamateur u helpen

*Zo nu zijn we weer aan het einde gekomen van deze 444e ronde.

Johan PD2JCW,

en onze vast copy leveranciers

wensen u nog een prettige avond verder.

Tot de volgende week.


Terug naar de ronde