Het is 26 Okt 2022, Ronde 839 van de Onafhankelijke Radioamateurs Brabant “ORB”


* Goedenavond zend-, en luisteramateurs,

U luistert naar de woensdagavond ronde van de ORB.

Wij proberen u, zoals bij elke ronde weer wat nieuws te brengen.

Onze rondeleiders zijn Johan PD2JCW en Frank PF1SCT

De eindredactie en webpagina worden verzorgd door Edmond PA3E.

We bekijken momenteel hoe de ORB-bijeenkomsten

een vervolg kunnen krijgen.

Hierover volgt binnenkort meer informatie.

Om de website bij te houden en tevens onze uitzendingen

door te zetten naar listen2myradio .

Zoeken we ook iemand om dit op termijn over te nemen van Edmond. 

Het mag ook een luisteramateur zijn.

De uitbreiding van het ORB-team is op korte termijn noodzakelijk.

Wanneer u ons wil helpen laat het ons dan weten via PA3E@home.nl

Met vriendelijke groet, Edmond PA3E, Johan PD2JCW en Frank PF1SCT.

 

 

 

*Oproep voor vrijwilligers bij WRTC2022

19/10/2022 door Fred Verburgh PA0FVH .

“Zonder vrijwilligers geen WRTC”

Deze korte zin geeft het belang weer 

van hechte en georganiseerde groepen vrijwilligers voor het WRTC2022.

Vrijwilligers zijn steeds een essentieel onderdeel geweest 

van de WRTC-evenementen, 

te beginnen met de allereerste editie in Seattle.

Bij de laatste twee edities, die doorgingen in Boston en in Wittenberg, 

breidde het aantal teams en taken zich voortdurend uit.

Zo werden vrijwilligers buiten het organisatiecomité steeds belangrijker 

voor een succesvol en geslaagd evenement.

Uit alle hoeken van de wereld

In juli 2023 zullen elite-amateurradio-concurrenten 

uit alle hoeken van de wereld samenkomen in Noord-Italië 

om hun vaardigheden te vergelijken.

Dit evenement is bekend geworden als de “Olympische Spelen” 

van de competitieve amateurradio-evenementen: 

namelijk het World Radiosport Team Championship (WRTC).

Alle deelnemende teams zullen opereren 

vanuit locaties in de omgeving van Bologna.

Aan het einde van het WRTC2018 in Duitsland 

zodra de opdracht van het WRTC2022 aan Italië officieel werd gemaakt 

werd het organisatiecomité voor het WRTC2022 in Italië benaderd 

door veel Duitse vrijwilligers die deelnamen aan het WRTC2018.

Ze waren enthousiast over de uitzonderlijke ervaring 

en wilden zich graag aanmelden als vrijwilliger bij het WRTC2022 in Italië.

Velen wisten aanvankelijke weinig van de wedstrijden 

en waren uiteindelijk een week lang overweldigd door radiotechniek.

Waar en wanneer

Het WRTC2022 vindt plaats van 4 t/m 10 juli 2023.

Het hoofdkantoor komt in de provincie Bologna.

De operationele sites, waar de antennes worden opgesteld, 

bevinden zich in de provincies Bologna, Ravenna, Ferrara en Modena.

Voor de foto’s zie https://www.wrtc2022.it/

Vrijwilligerswerk bij het WRTC2022 is onmisbaar voor Italië.

Het organisatiecomité heeft vele vrijwilligers nodig, 

zowel tijdens de voorbereiding van het evenement als tijdens het evenement zelf in juli 2023.

Voor het evenement betekent vrijwilligerswerk tijd doorbrengen 

met een groep vrienden om onder meer antennes te assembleren.

Alsook volgende zomer de antennes monteren 

op de operatielocaties in de omgeving van Bologna.

Tijdens het evenement betekent vrijwilligerswerk leven in de leefwereld van de radio 

samen met de meest talentvolle deelnemers ter wereld.

Vrijwilligerswerk betekent tijdens de activiteiten van persoon tot persoon socialiseren 

en interessante mensen uit alle hoeken van de wereld leren kennen.

Voor de organiserende Italianen betekent 

dit vrienden van over de hele wereld leren kennen en verwelkomen.

Het organisatiecomité voor het WRTC2022 is eveneens op zoek 

naar sponsors van de locatiestations om te helpen bij het aanbieden 

van geschikte faciliteiten voor elk deelnemend team. 

Site Station Sponsorships helpen de kosten te dekken 

van alle items die nodig zijn op elk van de 65 operationele locaties.

De 67 antennes kunnen worden gemonteerd vanaf mei 2023.

Vrijwilligerswerk bij het WRTC is een spannende ervaring

Als jij en enkele vrienden in de maanden mei en juni 2023 

een paar dagen beschikbaar hebben om mee te helpen 

antennes te monteren op de operationele sites, dan is deze oproep voor jou.

Als je een vreemde taal kent, gepassioneerd of professioneel bent 

op het gebied van techniek, fotografie, video, audio, reclame, publicaties, 

of je kent iets van computers en datanetwerken, 

dan is deze oproep eveneens iets voor jou.

De activiteiten van vrijwilligers voor, tijdens en na het WRTC 

is essentieel voor het verloop en het succes van het evenement.

De mogelijkheden om de organisatie van WRTC2022 te helpen 

zijn legio en zijn samengevat op de website onder vrijwilligers en bij contact.

Kies wat je zou willen doen om je mede-radiosportliefhebbers 

en het WRTC2022 te helpen door het formulier in te vullen en op te sturen.

In verband met het evenement zullen er mogelijkheden zijn voor rondleidingen 

en begeleide bezoeken aan een verscheidenheid aan interessante plaatsen, 

waaronder die in verband met Marconi.

Bovendien zullen er tal van mogelijkheden zijn om te socialiseren 

met andere radioamateurs en deelnemers van over de hele wereld.

Zoals iedereen die een eerdere WRTC heeft bijgewoond zal bevestigen.

De locatie waar de ceremonies zullen plaatsvinden is erg mooi en omgeven door een groot park.

Dit is het moment om vrijwilligerswerk te doen.

Met dank aan Ronny ON6CQ.

https://www.veron.nl/ Edmond PA3E

 

 

*Koude Oorlog weekend 22 en 23 oktober 2022

20/10/2022 door Johan Evers (PE1PUP).

Ruim drie decennia geleden kwam de Koude Oorlog tot een abrupt einde.

Met het uiteenvallen van de Sovjet-Unie (1991) 

verdwijnt ook de herinnering aan een tijdperk 

dat voornamelijk in het teken stond van de constante dreiging 

van een alomvattende nucleaire oorlog.

In de Electron van oktober staat een mooi artikel 

op pagina’s 457-458 over deze historische gebeurtenissen.

Er worden ook de nodige activiteiten genoemd 

waarmee dit alles op 22 en 23 oktober herdacht wordt.

En dat was afgelopen weekend.

Geopende historische objecten

Rondom het ‘Koude Oorlog weekend’ 

worden aanstaande zaterdag en zondag 

de nodige activiteiten georganiseerd door de stichting Erfgoed Koude Oorlog.

Zo zijn er veel objecten welke historisch verbonden waren 

met de Koude Oorlog periode geopend voor publiek.

Ook wordt er in Zeeland door radioamateurs 

en veel andere organisaties activiteiten ontplooid 

rondom en in een BB bunker te Breskens.

Op de PA60CUBA website is te lezen 

dat landelijk al veel radioamateurstations allerlei verschillende objecten activeren.

Kijk maar eens op deze pagina.

Voor de thuisblijvers

Leden van de Nieuwegeinse VERON-afdeling (A29) Bernard Grijpstra (PA3FZV) 

en Rob van de Kamer (PA1X) gaan in het kader van het Koude Oorlog weekend 

het Nucleair Chemisch Onderkomen activeren.

Dit object werd later het Nood Communicatie Onderkomen of kortweg NCO.

Het bevindt zich naast het voormalig middengolf zendstation Lopik Radio te Lopikerkapel.

Deze bunker is gebouwd in 1972 en was voorzien van een 10 kW middengolfzender.

Buiten prijkte een 80 meter hoge antennemast in het veld.

Verder was er in de bunker een radiostudio, 

een communicatie post en commandocentrum.

Het Nieuwegeinse duo is aanstaande zaterdag de 22e 

en zondag de 23e actief op HF en 2 meter onder de roepletters PC60NCO.

Helaas is er geen enkele mogelijkheid tot bezoek.

Dus reden te meer om dit bijzondere station 

vanuit de eigen shack thuis te proberen te werken.

Een mooie uitdaging voor eventuele thuisblijvers.

https://www.veron.nl/ Edmond PA3E

 

 

*Kort radioamateurnieuws – week 42, 2022

22/10/2022 door Erwin van der Linden (PE1CUP)

1. Rapportage IARU-R1-bandwacht van september

De bandwacht van IARU Regio 1 (IARU-R1 Monitoring System) 

publiceerde kortgeleden zijn maandelijkse nieuwsbrief.

Wat betreft de ontvangst van signalen van indringers op de HF-amateurbanden 

was september een maand vergelijkbaar met de voorgaande, zonder groot nieuws. 

Hiermee bedoelen we dat we in september, 

net als in de voorgaande maanden, 

helaas een groot aantal uitzendingen van ‘over de horizon’-radars (OTH) 

en veel uitzendingen in verschillende militaire modes hebben ontvangen.

Veel van deze transmissies zijn bekend en worden al vele jaren gehoord.

Hetzelfde geldt voor verscheidene uitzendingen van sommige omroepstations, 

meestal in de 40m-band.

Statisktiek IARU-MS-september 2022

Modulatiesoorten indringers HF-amateurbanden

Lees voor alle details de oorspronkelijke publicatie: IARU-MS-nieuwsbrief september 2022.

2. Arecibo-radiotelescoop niet herbouwd

Arecibo Observatorium in betere tijden, door JidoBG 

– Eigen werk, Wikimedia Commons

Astronomen zullen er kapot van zijn: de Arecibo-radiotelescoop wordt niet herbouwd. 

Dit is onlangs besloten door de National Science Foundation (NSF).

De Arecibo-telescoop wordt door de meesten herinnerd als filmset, 

bijvoorbeeld voor ‘James Bond 007 – Golden Eye’ of ‘Contact’ van Jodie Foster.

Sommige radioamateurs zullen zich ook de EME-experimenten in de 70cm-band in 2010 herinneren, 

die een groep onder leiding van WSJT-ontwikkelaar Joe Taylor (K1JT) 

daar uitvoerde onder de roepnaam KP4AO.

Ze gebruikten toen 400 W-zendvermogen, 

wat uiteindelijk overeenkwam met ongeveer 0,4 miljoen kW ERP.

Na het instorten van de 305 m brede radiotelescoop in 2020, 

is het besluit nu genomen.

In plaats van herbouw zal er op de plaats van de telescoop 

een nieuw onderwijscentrum worden gebouwd, 

aldus Sean Jones, hoofd van het directoraat Wis- en Natuurkunde van het NSF.

Lees ook ons eerder artikel van 3 december 2020: Radiotelescoop Arecibo ingestort.

Bronnen: DARC en NSF

3. Video: hogesnelheidsmodem voor QO-100

Het voor iedereen beschikbare softwareprogramma HSmodem (High Speed Modem) 

is oorspronkelijk ontwikkeld voor gebruik met de geostationaire satelliet QO-100.

Het doel van het programma is om digitaal beelden, tekst, HTML-pagina’s, 

bestanden en spraak over te dragen.

Daartoe beschikt de software over twee selecteerbare codecs.

In principe is het programma ook te gebruiken op andere banden, 

zolang er maar 2,7 kHz bandbreedte beschikbaar is en datamodes toegestaan zijn.

Testen van het programma is eenvoudig mogelijk op de QO-100, 

omdat daar een baken beschikbaar is dat 24 uur per dag testdata uitzendt.

De testdata bestaat uit een HTML-pagina die dynamisch wordt gevuld.

Zelfs het spectrum en de waterval van beide QO-100-transponders is live te zien, 

weliswaar met een lage verversingssnelheid, maar nog steeds bruikbaar.

In een recente YouTube-video demonstreert Mat M0DQW 

de installatie en het gebruik van de Windows-variant van het modem.

Bekijk de video op het TECH MINDS-kanaal: 

High Speed Multimedia Modem For QO-100 Narrowband.

Download: HSmodem – software and images

Heb je tips voor ‘Kort radioamateurnieuws’, 

bijvoorbeeld omdat je een evenement wilt aankondigen?

Wij horen dat dan graag: webredactie@veron.nl.

Natuurlijk ontvangen wij ook graag (concept)artikelen voor de VERON-website of Electron.

https://www.veron.nl/ Edmond PA3E

 

 

*Hoe een scheepswrak uit de tweede wereldoorlog de zeebodem langzaam verandert.

21-10-2022 Caroline Kraaijvanger.

Onderzoekers hebben ontdekt dat een tachtig jaar oud scheepswrak in de Noordzee 

vervuilende stoffen zoals explosieven en zware metalen lekt 

en zo de zeebodem en wat daarop leeft, verandert.

De bodem van de Noordzee ligt vol met stille getuigen ven gewelddadigere tijden. 

Denk aan bommen, maar ook aan neergestorte oorlogsvliegtuigen en vergane oorlogsschepen.

En hoewel bekend is dat bijvoorbeeld 

die scheepswrakken behoorlijk wat potentieel schadelijke stoffen herbergen 

zoals kolen, petroleum en explosieve weten we eigenlijk nauwelijks

waar die wrakken zich precies bevinden

én of ze inderdaad van invloed zijn op hun directe omgeving.

“Het grote publiek is vaak heel geïnteresseerd in scheepswrakken

vanwege hun historische waarde,” stelt onderzoeker Josefien van Landuyt.

“Maar de mogelijke milieu-impact van deze wrakken wordt vaak over het hoofd gezien.”

Een nieuw onderzoek van wetenschappers van de Universiteit Gent,

het Vlaams Instituut voor de Zee, en het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen,

onder leiding van Van Landuyt en verschenen in het blad Frontiers in Marine Science,

poogt daar nu verandering in te brengen.

Voor de studie bogen de wetenschappers zich over een schip

dat in de Tweede Wereldoorlog tot zinken werd gebracht

en al tachtig jaar op de Noordzeebodem ligt.

De focus lag daarbij niet zozeer op het schip zelf,

maar juist op de omgeving ervan.

“Wij wilden nagaan of oude scheepswrakken in ons Belgische deel van de zee

nog steeds van invloed zijn op lokale microbiële samenlevingen

en of ze het omringende sediment nog steeds beïnvloeden.”

V-1302 John Mahn

Het schip in kwestie is de V-1302 John Mahn: een Duitse vissersboot

die in de Tweede Wereldoorlog gevorderd werd

en vervolgens ingezet werd als patrouilleboot.

In 1942 werd de boot door de Britse luchtmacht

voor de kust van België aangevallen en tot zinken gebracht.

Zware metalen

De onderzoekers bemonsterden de stalen romp van het wrak,

maar ook het sediment direct rond en op iets grotere afstand van het schip.

En al snel werd duidelijk dat het scheepswrak van invloed is op de directe omgeving.

Zo werden er in sedimenten nabij het schip uiteenlopende concentraties

zware metalen teruggevonden, waarbij de hoogste concentratie gemeten werd

nabij de kolenbunker.

“Die zware metalen kunnen deels van het scheepswrak afkomstig zijn,

echter zijn er in zeewater altijd wel wat metalen te vinden,” legt Van Landuyt aan Scientias.nl uit.

“Van het scheepswrak kunnen die komen van verschillende zaken,

om mee te beginnen de scheepsromp, die onderhevig is aan zowel fysieke corrosie

door onderwaterstromingen (schuren van o.a. zand) als aan biologische corrosie door microben

die de omzetting van deze metalen kunnen gebruiken als energiebron.

Daarbovenop is het ook zo dat kolen zware metalen bevatten

en dat metalen dus ook kunnen lekken of gelekt kunnen zijn uit de koolbunker.

Ook de verf, smeermiddelen, en diverse andere componenten van het wrak kunnen metalen bevat hebben.”

De teruggevonden concentraties zware metalen zijn gelukkig

niet direct reden voor paniek, zo benadrukt Van Landuyt.

“De concentraties die we bij dit schip gevonden hebben,

waren heel laag en zijn dus zeker niet iets om ons grote zorgen om te maken.”

Paks

Naast zware metalen stuitten de onderzoekers in de nabijheid van het schip

ook op polycyclische aromatische koolwaterstoffen (kortweg paks).

Dit zijn chemicaliën die van nature voorkomen in bijvoorbeeld kolen en ruwe olie.

Ook die concentraties waren niet direct schadelijk,

maar wel van invloed op de levensvormen die nabij het schip werden aangetroffen.

Zo bleken sedimenten die rijk waren aan paks ook opvallend vaak gekoloniseerd te zijn

door bacteriën zoals de Rhodobacteraceae en Chromatiaceae.

Dit zijn bacteriën die paks af kunnen breken.

Hun aanwezigheid lijkt echter niet direct ten koste te gaan van andere microben.

“De microbiële gemeenschap was beïnvloed,

en soms zagen we wat aanrijking van aromatische koolwaterstofdegradeerders,

maar de microbiële diversiteit was nog steeds hoog,” stelt Van Landuyt.

Arseen en explosieven

Behalve zware metalen en paks werden in de nabijheid van het schip

ook wat hogere concentraties arseen aangetroffen.

“Wij denken dat het arseen dat we vonden misschien mee gelekt zou kunnen zijn

met de polycyclische aromatische componenten uit de koolbunker.

Aangezien dit een typisch metaal is dat mee kan lekken uit steenkool.”

Ook stuitten de onderzoekers op gelekte bestanddelen van explosieven.

“De vervuiling is heel beperkt en valt onder het limiet

om gevaarlijk te zijn voor biologisch leven,” stelt Van Landuyt.

Ook speelt de vervuiling enkel in de directe nabijheid van het schip.

“We zagen dat de hogere waarden (die ook nog steeds te laag zijn voor milieuschade)

maar heel lokaal te vinden waren, op zo’n 10-20 meter van het schip.”

Kunstmatig rif

Behalve via weglekkende vervuilende stoffen blijkt het scheepswrak

de zeebodem en wat daarop leeft ook nog op een andere manier te beïnvloeden.

Zo vormt het wrak zelf een soort kunstmatig rif.

“Dat zorgt voor een hele hoge diversiteit aan macrofauna

die je anders niet zou vinden op de bodem van het Belgische deel van de Noordzee.

Sommige (hogere) soorten, zoals anemonen en vissen

doen het dus beter in de buurt van het wrak.”

Hoewel de onderzoekers zich voor hun studie over slechts één scheepswrak bogen,

staat het verhaal van de V-1302 John Mahn natuurlijk niet op zichzelf.

Zoals gezegd liggen er op de Noordzeebodem nog veel meer scheepswrakken,

vliegtuigen en munitie uit de Eerste en Tweede Wereldoorlog.

“Wat mij vooral verrast heeft, is hoeveel scheepswrakken uit de wereldoorlogen

er zo te vinden zijn op de bodem van de Noordzee,” stelt Van Landuyt.

“En hoe weinig we weten over hun milieu-impact.”

Met het onderzoek naar V-1302 John Mahn is wat dat laatste betreft

nu een tipje van de sluier opgelicht.

Maar meer onderzoek is noodzakelijk.

Niet in de laatste plaats, omdat niet ondenkbaar is dat andere wrakken

voor hun omgeving een stuk schadelijker zijn dan de V-1302 John Mahn.

En zelfs wanneer ze dat op dit moment niet zijn,

kunnen ze dat op termijn ook altijd nog worden, benadrukt Van Landuyt.

“Zeker doordat corrosie in de Noordzee heel traag gaat,

kan het zijn dat wrakken van 80-100 jaar oud (oftewel uit de wereldoorlogen)

nu pas een probleem gaan worden.”

Bijvoorbeeld doordat tot op heden afgesloten ruimtes

in de wrakken door corrosie openvallen.

“Hoewel we deze oude scheepswrakken niet zien

en velen van ons niet eens weten waar ze zijn,

kunnen ze nog steeds onze mariene ecosystemen

vervuilen,” waarschuwt Van Landuyt.

Het is daarom belangrijk om in de toekomst meer scheepswrakken te bemonsteren

en manieren te ontwikkelen om te kunnen voorspellen welke wrakken

op termijn een gevaar voor het lokale milieu zouden kunnen gaan vormen

en dus gesaneerd moeten worden.

Maar daar wordt aan gewerkt, vertelt Van Landuyt.

De studie naar de V-1302 John Mahn maakt namelijk onderdeel uit

van een internationaal onderzoeksproject naar scheepswrakken in de Noordzee.

Hierbinnen worden meerdere van deze wrakken

door een interdisciplinair team van wetenschappers onderzocht.

Het is belangrijk werk.

“Wij mensen vergeten vaak dat we,

onder de zeespiegel via weglekkende chemicaliën,

fossiele brandstoffen en zware metalen afkomstig uit soms eeuwenoude wrakken

waarvan we ons niet eens kunnen herinneren

dat ze er zijn een enorme invloed uitoefenen op de dieren,

microben en planten die daar lokaal leven.”

https://scientias.nl/ Edmond PA3E

 

 

* Frank PF1SCT kwam met dit bericht.

23-10-2022.

Onveilige ‘slimme’ apparaten straks van de markt geweerd, maar risico's blijven

Thijs van Dorssen.

Onveilige routers, netwerkschijven en beveiligingscamera's

blijven ondanks strengere regels een probleem.

Daarvoor waarschuwen deskundigen.

De toestroom aan onveilige apparatuur wordt weliswaar gestopt,

maar dat gebeurt na jarenlang dweilen met de kraan open.

"De nieuwe regels gaan voorkomen dat er nieuwe onveilige apparaten op de markt komen,

maar er staan al honderdduizenden en misschien miljoenen van die slimme apparaten in Nederland",

zegt hoogleraar computerbeveiliging Michel van Eeten van de TU Delft.

"Daarin worden continu nieuwe softwarelekken ontdekt."

Niemand bij de overheid is bezig met het structureel opsporen van die onveilige slimme apparaten,

blijkt uit een rondgang van de NOS.

Dat terwijl veel internetcriminelen niets anders doen: de hele dag zoeken ze,

grotendeels geautomatiseerd, het internet af op zoek naar onwetende slachtoffers.

Daarmee kunnen criminelen ddos-aanvallen uitvoeren,

spam versturen en nieuwe hackaanvallen lanceren.

Ook inlichtingendiensten hebben het op slimme apparaten gemunt.

Overheden zouden dat kunnen tegengaan door lokdozen neer te zetten met kwetsbare apparaten,

of door zelf op zoek te gaan naar kwetsbare apparaten bij internetgebruikers thuis.

Maar dat gebeurt allebei niet.

Lokdoos

Van Eeten heeft de afgelopen jaren zo'n digitale lokdoos gebouwd

om onveilige apparaten op te sporen, in samenwerking met het ministerie van Economische Zaken.

In de kelder van een faculteitsgebouw in Delft staan routers, printers,

netwerkschijven, beveiligingscamera's

en zelfs een slim voedersysteem voor aquaria te wachten op hackers.

Die komen in groten getale: soms in golven van honderdduizenden.

"Ik denk dat het goed zou zijn als de overheid zo te werk zou gaan", zegt Van Eeten.

"Als je ziet dat een apparaat wordt gehackt,

kun je naar een fabrikant stappen met bewijs dat hij verzaakt."

Ook wordt de internetprovider van een getroffen gebruiker op de hoogte gesteld.

Die kan vervolgens helpen om het probleem op te lossen.

Maar het project is inmiddels ten einde, en vooralsnog krijgt het geen vervolg.

"We draaien de lokdoos nu als een vrijwillig initiatief", zegt Van Eeten.

Nadeel daarvan is dat er geen budget meer is

om de lokdoos bij te werken met nieuwe apparatuur.

'Eigen verantwoordelijkheid'

Het Agentschap Telecom heeft ervoor gekozen om het stokje vooralsnog

niet over te nemen, om "technische en juridische" redenen.

"Het is een interessant experiment,

maar we lopen nu nog aan tegen privacyregels

en hebben nog wat vragen over de technische risico's",

zegt inspecteur-generaal Angeline van Dijk.

Ook elders binnen de overheid is niemand met iets vergelijkbaars bezig:

het Nationaal Cyber Security Centrum richt zich enkel op overheid

en kritieke bedrijven; de politie wijst op de "eigen verantwoordelijkheid" van eigenaren.

"Natuurlijk hebben burgers een eigen verantwoordelijkheid,

die hebben ze ook in de fysieke wereld",

zegt beveiligingsexpert Frank Groenewegen van Deloitte.

"Maar als daar een autoraam of achterdeur openstaat,

en een politieagent ziet dat, dan gaat hij toch even kijken wat er aan de hand is."

Dat zoiets op internet niet gebeurt, vindt Groenewegen opmerkelijk.

"We weten dat er boeven actief zijn die het op internetgebruikers hebben gemunt."

Toestroom

De nieuwe strengere regels moeten in ieder geval de toestroom stoppen.

Het Agentschap Telecom, dat per 1 januari zal worden omgedoopt

tot de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur,

kan volgens nieuwe Europese wetgeving vanaf 2024

onveilige apparaten dan de toegang tot de markt ontzeggen.

Apparaten moeten als onderdeel van het CE-certificaat

ook op het gebied van digitale veiligheid in orde zijn.

Het halen van zo'n certificaat betekent echter niet per se

dat het apparaat in de echte wereld ook veilig is,

tekent Mattijs van Ommeren van beveiligingsbedrijf Zerocopter aan.

"De auto's uit het dieselschandaal waren ook gecertificeerd.

Het halen van een certificering is iets anders

dan het maken van een veilig apparaat."

Op zoek gaan naar onveilige apparaten

die op internet zijn aangesloten werkt beter, denkt Van Ommeren.

Geautomatiseerd

Bij de TU Delft blijven intussen aanvallen binnenkomen.

"In de afgelopen vijf minuten uit Bulgarije,

Zuid-Korea en Turkije", zegt Michel van Eeten.

De aanvallen zijn doorgaans afkomstig van andere slimme apparaten,

die op hun beurt zelf zijn gehackt.

Geautomatiseerd gaan die apparaten op zoek

naar andere gewillige slachtoffers.

Uit Nederland komen honderden aanvallen per dag binnen,

zegt PhD-onderzoeker Elsa Rodriguez.

"Ze proberen bijvoorbeeld in te loggen

door standaardgebruikersnamen en -wachtwoorden in te voeren", zegt Rodriguez.

"Het kan dus helpen om die te veranderen, maar dat kan voor mensen lastig zijn."

"Mensen beschouwen dit soort apparaten vaak niet als kleine computers,

maar meer als simpele gebruikersapparaten, vergelijkbaar

met een wasmachine", zegt Van Eeten.

"Je sluit het aan, en het doet wat het moet doen, denken mensen.

Maar het is net als met een gewone computer: er zijn gewoon risico's."

https://nos.nl/  Edmond PA3E

 

 

*PA3CAZ Frans:

Hallo Luisteraars.

Deze kwam ik tegen.

NASA bestelt nog drie Orion-ruimtevaartuigen voor maanmissie Artemis.

De NASA heeft bij Lockheed Martin drie Orion-ruimtevaartuigen besteld

voor zijn Artemis VI-VIII-missies, meldt de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie.

Met de order is bijna 2 miljard dollar gemoeid.

Buitenlandredactie 21-10-22.

Het gaat om verkenningsvaartuigen om astronauten te vervoeren in de ruimte

en rond de maan ter ondersteuning van het Artemis-maanprogramma.

Het eerste deel van dat programma, Artemis I,

is slechts weken verwijderd van een lancering naar de maan.

Lockheed Martin is de voornaamste leverancier van NASA voor het Orion-programma.

In 2019 betaalde NASA voor het ruimtevaartuig voor de missies Artemis III

tot en met V een bedrag van 2,7 miljard dollar.

Weer naar de maan

De Verenigde Staten willen over een paar jaar

weer mensen naar de maan en terugbrengen, voor het eerst sinds 1972.

Daarvoor is de krachtigste raket ooit gebouwd,

het Space Launch System (SLS).

Helemaal boven in die draagraket zit het nieuwe vaartuig

dat naar de maan en terug moet: de Orion.

Als generale repetitie moet een ruimtevaartuig

zonder mensen aan boord de moeilijke oversteek maken.

Die reis heen en terug duurt ongeveer anderhalve maand.

Na drie keer uitstel begint die nog onbemande missie Artemis I

mogelijk volgende maand alsnog aan een proefvlucht naar de maan.

De lancering van het nieuwe ruimtevaartuig staat voorlopig gepland

voor 14 november, aldus de NASA.

De eerste keer, eind augustus,

lukte het niet om een van de vier raketmotoren

op de juiste tempratuur te krijgen.

In aanloop naar de tweede poging, vorige maand,

ontdekte NASA een lek toen de brandstoftank werd gevuld met vloeibare waterstof.

Het bleek niet mogelijk het probleem op tijd op te lossen.

De derde keer, eind vorige maand, werd de lancering afgeblazen

vanwege de zware orkaan Ian.

Om te schuilen voor de orkaan werd de draagraket overgebracht

naar een hangar bij het Kennedy Space Center,

de historische ruimtebasis bij Cape Canaveral.

Generale repetitie

Het is de bedoeling dat het ruimtevaartuig na de lancering vanaf Kennedy Space Center

bij Cape Canaveral ongeveer anderhalf uur lang rond de aarde vliegt,

om dan gas te geven en te beginnen aan de oversteek naar de maan.

Vijf tot zes weken later zou hij met een plons in de Grote Oceaan moeten terugkeren op aarde.

Rond 2024 moeten vier astronauten rond de maan en terugvliegen, met missie Artemis II.

Op zijn vroegst in 2025, met de missie Artemis III,

moeten mensen weer voet op de maan zetten.

Bij de vluchten naar de maan en terug zitten de astronauten voorin, in een Amerikaans deel.

Het achterste deel, dat voor energie en voortstuwing zorgt, is door Europa ontwikkeld.

De zonnepanelen die elektriciteit opwekken komen uit Leiden.

https://www.ad.nl/  Edmond PA3E

 

 

*Precisiebeurs: ‘Nederland loopt voorop in vacuüm en clean’

25 okt. 2022.

Klein, kleiner, kleinst betekent ook schoon, schoner, schoonst.

Omdat het in vrijwel ieder hightech- en maakbedrijf

alsmaar nauwkeuriger en preciezer moet,

is het logisch dat de reinheid van alle componenten

aan steeds hogere eisen moet voldoen.

Als je producten in vacuüm wil gebruiken,

zullen deze schoon moeten zijn.

Of een product schoon genoeg is, hangt van de applicatie af.

“Schoon voor de een is niet schoon voor de ander”,

zegt Jeroen van Westing van vacuümspecialist Vacutech uit Den Hoorn.

“Klanten komen soms met wensen

die ze in de praktijk helemaal niet nodig hebben.

Wij denken hierin met de klant mee,

want er hangt natuurlijk een prijskaartje aan hoe hoog de lat ligt.”

Maakbaarheid en mogelijke reinheid beginnen bij het ontwerp,

stelt Van Westing.

“Als we een tekening van een klant krijgen,

beoordelen we deze op maakbaarheid en mogelijkheid om het te kunnen reinigen.

Het gebeurt bijvoorbeeld weleens dat een designer onvoldoende rekening houdt

met de reinigbaarheid van het ontwerp.

We gaan dan graag met zo’n partij om tafel het liefst zo vroeg mogelijk

in het traject en zorgen samen voor een goed maakbaar en goed te reinigen ontwerp.”

Voorsprong biedt kansen

De vraag naar schone en extreem schone producten wordt steeds groter.

Cleanrooms schieten als paddenstoelen uit de grond bij heel veel toeleveranciers,

zeker als ze werkzaam zijn in de hightechindustrie.

De grote motoren achter deze trend zijn ASML en Thermo Fisher.

“De push vanuit die bedrijven en hun hele ecosysteem maakt

dat Nederland wereldwijd vooroploopt in contamination control”,

stelt Freek Molkenboer, senior systems engineer bij TNO

en vicevoorzitter van de Nederlandse vacuümvereniging Nevac.

Hij trekt een vergelijking met de Amerikaanse tegenhanger van de Nevac.

“Bij de AVS had niemand 5 tot 6 jaar geleden nog gehoord

van ultraclean vacuüm terwijl dat in Nederland toen al heel groot was.”

Vraag een Nederlandse hightech toeleverancier om grade 1

of grade 2 en hij weet wat er wordt bedoeld.

“Het is wellicht niet gek dat die term in het buitenland niet direct wordt herkend,

want het is ASML-taal, maar ze weten in het buitenland

vaak niet eens wat er überhaupt belangrijk is.

Nederland heeft echt een voorsprong en daarmee kunnen we ons voordeel doen”, zegt Molkenboer.

In de analytische markt liggen kansen,

die voor een deel al worden ingevuld via Thermo Fisher Scientific.

Ook bij de productie van bijvoorbeeld componenten

en sensoren voor de space industrie zijn de reinheidseisen steeds hoger.

Dat is nu wellicht nog niet op hetzelfde niveau als bij ASML,

maar je kunt erop wachten totdat ook die markten ultraclean moeten gaan werken.

Nederlandse specialisten hebben dan alles al klaarstaan.

De eisen die ASML stelt aan reinheid zijn immens.

“Er is geen bedrijf ter wereld dat de lat zo hoog legt”,

weet Hans Cools, operations managers bij IPS Innovar

dat zich heeft gespecialiseerd in zeer nauwkeurig industrieel reinigen.

“Bij Thermo Fisher en Carl Zeiss vragen ze ook veel op het gebied

van schoon werken, maar ASML zet de standaard.

Dat bedrijf heeft de taal voor extreem clean geschreven.”

En dat bedoelt Cools letterlijk.

De reinheidsniveaus grade 1, 2, 3 en 4 komen direct van de specialisten in Veldhoven.

“Onlangs heeft ASML de grades herzien

waardoor ze nog weer een trapje strenger zijn.

Ik verwacht dat die trend zich zal doorzetten.

Dat is niet gelijk iets voor volgend jaar,

maar stelselmatig zal het steeds schoner moeten

en dus steeds lastiger om aan de eisen te voldoen.”

Eigenlijk onmogelijk

Om uit te leggen hoe moeilijk de ASML-grades zijn,

geeft Cools een introductie les in hightech reiniging.

“Er zijn twee grote groepen vervuilingen: particles en moleculaire verontreiniging.

Bij deeltjes moet je denken aan stof en vezels.

Voor grade 4 mogen die 40 tot 50 micrometer groot zijn.

In principe zou je dat kunnen halen met een goede vaatwasser.

Zodra je de onderdelen echter uit het apparaat haalt,

zijn ze al niet meer grade 4 door al het stof dat in de keuken dwarrelt,

dus je moet dat in een cleanroom doen.

Bij grade 2 gaat het om deeltjes die niet groter mogen zijn dan 20 tot 30 micron.

Dat lijkt niet zo’n grote stap, maar het is een wereld van verschil.

Wij hebben daarvoor een speciale wasstraat staan,

dat maakt het reinigen een stuk eenvoudiger.”

  Dan het summum: grade 1.

“Alle deeltjes groter dan 0,5 micron moeten dan worden verwijderd.

Dat is eigenlijk onmogelijk”, lacht Cools.

“Daarom is de eis dat er maximaal twintigduizend

per vierkante meter mogen blijven liggen.

Dat klinkt veel, maar is echt enorm weinig.

Daarvoor heb je zeer specialistische apparatuur nodig,

met uitgebreide reinigingsprogramma’s.”

Bij moleculaire vervuiling moet je denken aan koel- en smeermiddelen,

oliën en emulsies die tijdens het productieproces zijn gebruikt

en op het onderdeel zijn achtergebleven.

“Grotendeels kun je dat oplossen met dezelfde reinigingsstappen

als voor de particles, waarbij het vooral draait om ontvetting”, aldus Cools.

“Daarna gaan de producten vaak nog in een oven

om alles uit te stoken en volgt er een restgasanalyse ter controle.

Moleculair reinigen klinkt wellicht ingewikkelder

dan het verwijderen van alle deeltjes,

maar in de praktijk is het iets makkelijker.”

Ten slotte is er nog zoiets als hydrogen induced outgassing.

Cools: “Dat zijn elementen die uitbreken op het moment

dat ze in contact komen met waterstof.

Dat is nefast voor de werking van de ASML-machines

dus die moet je voorkomen.

Helaas kun je dat niet inline meten zoals met een RGA.

Het moet op procesniveau.

De effort daarvoor is extreem hoog.”

Basiskennis ontbreekt te vaak

De grades van ASML zijn natuurlijk nuttig voor alle bedrijven

uit het ecosysteem van de Veldhovense machinebouwer.

Maar ze zijn ook wat extreem; lang niet alle toepassingen hebben dat niveau nodig.:

Het zou mooi zijn als er algemene richtlijnen zouden komen”,

vindt Van Westing. “Zelfs grade 4 is lang niet altijd aan de orde.

Een algemene norm in de industrie zou daarom heel prettig zijn.

De VCCN heeft met een projectgroep, die uit OEM-ers,

toeleveranciers en kennisorganisaties bestaat, richtlijn 12 geschreven.

Deze richtlijn geeft productiebedrijven handvatten

hoe ze schoon moeten produceren.”

Van Westing constateert dat het bij veel technische nieuwkomers

ontbreekt aan de basiskennis over vacuüm en clean.

“Nieuwe medewerkers moeten we vrijwel altijd bijscholen.

We zitten weliswaar in een vrij specialistisch gebied,

maar de markt groeit zo hard dat alle toeleveranciers in de keten mee moeten.

En dat is geen vanzelfsprekendheid.”

Molkenboer vult aan: “Het zou heel goed zijn als vacuüm

en clean een standaard onderwerp wordt op technische universiteiten, op hbo’s en op mbo’s.

Want over het algemeen is er nu te weinig aandacht voor,

terwijl het belang alleen maar toeneemt.

Zonder vacuüm en clean zouden we jaren terug zijn in heel veel ontwikkelingen.”

Ook Cools bemerkt de druk op de arbeidsmarkt.

“Iedereen bouwt een cleanroom maar die moeten ook gevuld worden met mensen.

Het is sowieso al uitdagend om genoeg technisch personeel te vinden,

maar mensen met cleanroomervaring zijn nog dunner gezaaid.

Met de groei die bijvoorbeeld ASML de komende jaren wil doormaken,

moet er overal nog heel veel volk bij.

Een deel van die puzzel is om meer te automatiseren;

niet omdat dat uit reinheid moet,

maar gewoon om het met de beschikbare bezetting te kunnen oplossen.

Met machines kun je nu al heel veel,

maar het gaat erom dat je ze op een goede manier inzet.

Dat is mensenwerk, het vakmanschap van vacuüm en clean.”

De Precisiebeurs vindt plaats op 16 en 17 november in de Brabanthallen te ‘s-Hertogenbosch.

https://www.engineersonline.nl/   Edmond PA3E

 

 

*RAZzies November 2022.

Frank Webmaster PI4RAZ.

Geplaatst op 26 oktober 2022

De RAZzies voor de maand November 2022 is uit!

Met in dit nummer:

– Antennes voor 136kHz

– Opa Vonk: RST-code

– Kerst ornamenten

– De G3XBM 21MHz TRX

– Afdelingsnieuws

Je kunt ‘m HIER downloaden

Veel leesplezier!

https://www.pi4raz.nl/  Edmond PA3E

 

 

*Dutch Amateur Radio Union

DARU Magazine #31 staat klaar om te downloaden.

We hebben ons best gedaan om er weer iets moois van te maken.

We zijn benieuwd naar jouw reactie.

Veel leesplezier!

Gevraagd: kopij voor de volgende edities!

Alle DARU Magazines zijn hier gratis te downloaden.

73,

Redactie DARU Magazine.

https://www.daru.nu/ Edmond PA3E

 

 

*Heeft ook u iets te koop.

Of weg te geven of u zoekt iets.

Misschien hebt u informatie nodig?

Laat het weten via het ORB e-mailadres

Wij nemen het dan op in de ronde.

Misschien kan een medeamateur u helpen*

Zo nu zijn we weer aan het einde gekomen van deze 839ste ronde.

Johan PD2JCW en Frank PF1SCT die het u vertelden.

En Edmond PA3E

Die maakte dat U het op de ORB-site kon na lezen HI.

En onze vast copy leveranciers,

Wensen u nog een prettige avond verder.

Tot de volgende ronde maar weer.

Het ORB TEAM


Terug naar de Ronde